HET KLUWEN VAN ZELZATE
VOORWOORD
In 2015 verscheen in een Vlaamse krant een reportage over de grensgemeente Zelzate (Oost-Vlaanderen), als een van de “lelijkste gemeenten” van Vlaanderen (sic). Het is aan deze weinig flatterende uitspraak dat we terugdachten toen we wat later in datzelfde Zelzate neerstreken. En inderdaad, het stadje ligt geprangd tussen het zeekanaal Gent-Terneuzen, een paar snelwegen en verschillende industrieën, met een chemische fabriek vlak tegen het stadscentrum dat bovendien wordt doorkliefd door een expresweg. Er is ook ergens een spoorlijn, zij het enkel voor goederen en bovendien mooi verstopt achter datzelfde kanaal.
Een nogal chaotische structuur dus, dat wel. Maar echt lelijk? Dat dachten we niet meteen toen we door Zelzate-Centrum wandelden. Oké, wij wonen er niet en kunnen dus niet meespreken over de woon- en leefomstandigheden. Maar wat opviel was al dat groen, héél véél groen. Daar werd in die reportage met geen woord over gerept. Vreemd. Tenzij men zich van kaart vergist had en zich beriep op een topografische kaart van voor de oorlog, met daarop een aantal spoorlijnen, twee kanalen en een resem kleinere en grotere industrieën, niet de meest propere, maar ook met een suikerfabriek vlak tegen het dorpscentrum. Niets daarvan op de huidige kaart, wel dat grote chemische complex.
Tot we ons realiseerden dat al dat groen al bij al te danken is aan die twee intussen opgevulde kanaaltracés, maar ook aan de vroegere spoorlijn door- of langsheen het centrum. Van die andere spoortracés niet het minste spoor, ook niet figuurlijk. En dus zijn we op zoek gegaan naar het kanaal- en spoorwegverleden van Zelzate, om uit te monden op een waarachtig kluwen van 3 verschillende kanaal- en 7 spoorwegtracés, de huidige inbegrepen. Dit alles op het grondgebied van de niet eens zo uitgestrekte gemeente Zelzate. Wat ons al bij al een behoorlijk complex dossier oplevert dat maandenlang geduldig werd opgebouwd, tot al die puzzelstukjes eindelijk op hun plaats vielen.
Een nogal chaotische structuur dus, dat wel. Maar echt lelijk? Dat dachten we niet meteen toen we door Zelzate-Centrum wandelden. Oké, wij wonen er niet en kunnen dus niet meespreken over de woon- en leefomstandigheden. Maar wat opviel was al dat groen, héél véél groen. Daar werd in die reportage met geen woord over gerept. Vreemd. Tenzij men zich van kaart vergist had en zich beriep op een topografische kaart van voor de oorlog, met daarop een aantal spoorlijnen, twee kanalen en een resem kleinere en grotere industrieën, niet de meest propere, maar ook met een suikerfabriek vlak tegen het dorpscentrum. Niets daarvan op de huidige kaart, wel dat grote chemische complex.
Tot we ons realiseerden dat al dat groen al bij al te danken is aan die twee intussen opgevulde kanaaltracés, maar ook aan de vroegere spoorlijn door- of langsheen het centrum. Van die andere spoortracés niet het minste spoor, ook niet figuurlijk. En dus zijn we op zoek gegaan naar het kanaal- en spoorwegverleden van Zelzate, om uit te monden op een waarachtig kluwen van 3 verschillende kanaal- en 7 spoorwegtracés, de huidige inbegrepen. Dit alles op het grondgebied van de niet eens zo uitgestrekte gemeente Zelzate. Wat ons al bij al een behoorlijk complex dossier oplevert dat maandenlang geduldig werd opgebouwd, tot al die puzzelstukjes eindelijk op hun plaats vielen.
ZELZATE EN ZIJN 3 KANALEN
Postkaarten en geografische kaarten liegen er niet om: het wel en wee van Zelzate is de jongste eeuwen sterk bepaald en telkens opnieuw door elkaar geschud door zijn ligging aan het kanaal Gent-Terneuzen. Deze kwam tot stand tijdens het bewind van Willem I, op het tracé van de al lang bestaande maar sterk verouderde Sassevaart (naar Sas-van-Gent). Einde 1827 werd het plechtig ingehuldigd, maar raakte amper 3 jaar later versperd bij de Belgische onafhankelijkheid, tot in 1841. De verdere geschiedenis van het kanaal is er een van achtereenvolgende uitdiepings- en verbredingswerken, als gevolg van de aanhoudende schaalvergroting in de maritieme scheepvaart. |
Al in de periode 1870-80 werd bij een eerste verbreding de scherpe bocht in het centrum van Zelzate afgesneden d.m.v. een nieuw kanaaltracé, 68 meter breed en zo’n 125 m meer westwaarts. Maar omdat het oude kanaal vooralsnog open bleef voor lokaal gebruik kwam de westelijke dorpsrand op een smal eiland te liggen. De daaropvolgende verbreding, in de periode 1900-1910, bleef Zelzate bespaard. Wel moesten de bestaande bruggen verhoogd worden, wat uiteindelijk neerkwam op hun heraanleg, zij het op een andere locatie. Het eerste kanaal werd zowat in diezelfde periode gedempt, rond 1910, behalve aan zijn uiteinden, o.m. ter hoogte van de suikerfabriek Wittouck.
|
Afgezien van de vernielde bruggen tijdens de jongste oorlog kwam de grootste schok in de periode 1960-68, toen het zeekanaal werd klaargestoomd voor schepen tot 80000 dwt. Ineens bleek de tweede bocht van Zelzate ook weer te scherp en werd het kanaaltracé dus nog wat meer rechtgetrokken, immer westwaarts, met een 150 tot 170 m brede vaargeul ter hoogte van het stadscentrum.
De officiële inhuldiging einde 1968 was voor Zelzate zowat het startschot voor een aantal omwentelingen die weliswaar mooi pasten in de tijdsgeest van de Golden Sixties, maar vandaag nogal wat vragen opwerpen – niet in het minst de verbreding van de Kanaalstraat tot een heuse magistrale met dubbele rijbaan, en de doortrekking ervan over een dubbele basculebrug (klapbrug) over het nieuwe kanaal tot aan de huidige E34. Een heuse stadssnelweg waar de inwoners vandaag willens nillens over moeten om het huidige gemeentehuis te bereiken. Daar rechtover de langgerekte Grote Markt, eveneens op het eerste kanaaltracé, en zoals in zoveel andere steden in hoofdzaak gebruikt als parking, op een paar groene zakdoekjes na.
|
Het tweede kanaaltracé daarentegen, bijna 70 m breed, werd in hoofdzaak omgetoverd tot een langgerekt park met in het noorden de 350 m lange parkvijver, en tussenin een busstation annex parking (foto hierboven), met daar vlak naast het blokkenvormige sportcomplex Eurohal. Verderop een lange groene oase tussen al even langgerekte straten die de ongewone structuur van dit ongewild centrumloos kanaalstadje nog extra beklemtoont.
Dit alles ingesloten in een keurslijf van snelwegen, met o.m. de R4 en langsheen de zuidrand de hermetische barrière van de E34-sleuf vlak voor de wegtunnel onder het huidige zeekanaal door.
Dit alles ingesloten in een keurslijf van snelwegen, met o.m. de R4 en langsheen de zuidrand de hermetische barrière van de E34-sleuf vlak voor de wegtunnel onder het huidige zeekanaal door.
SPOREN DOOR ZELZATE En de spoorlijnen in dit alles? In 1865 kwam een eerste spoorverbinding tot stand tussen Gent en Zelzate via Wondelgem (lijn 55) door de (private) Maatschappij Gent-Terneuzen, die ze in 1869 verder doortrok naar Sas-van-Gent en Terneuzen in Nederland. Intussen, in 1867, kwam daar in Zelzate de Dender- en Waaslijn bij uit Aalst, Lokeren en Moerbeke (lijn 57), en tot slot in 1871 de lijn naar Eeklo (toen 57A). Zo was Zelzate in amper 6 jaar tijd uitgegroeid tot grensstation met Nederland én de draaischijf bij uitstek tussen Waasland en Meetjesland. Wel werden beide zijlijnen al in 1878 overgenomen door de Staatsspoorwegen. Op lijn 55 bleef de situatie evenwel ongewijzigd tot in 1930, toen de NMBS het lijnvak Wondelgem-Zelzate overnam en samenbundelde met lijn 57A naar Eeklo, met doorlopende treinen Gent-Zelzate-Eeklo. |
Het lijngedeelte naar Terneuzen daarentegen werd in datzelfde jaar overgenomen door de maatschappij Mechelen-Terneuzen, maar zag al in 1939 de reizigerstreinen verdwijnen. In 1948 werd ook deze exploitant als een van de laatste ingelijfd bij de nationale spoorwegmaatschappij. In 1961 verviel tenslotte ook de dienst uit Gent, meteen het einde van Zelzate als reizigersstation. Want nadat de brug over het zeekanaal in 1940 was opgeblazen bleef de zijlijn uit Moerbeke beperkt tot een noodhalte aan dit kanaal, tot 1952, twee jaar nadat ook de reizigersdienst naar Eeklo was opgeheven. Waarna de goederenbediening op beide zijlijnen rond Zelzate stilaan wegkwijnde: tot medio de jaren 70 naar Assenede (lijn naar Eeklo) en tot einde de jaren 80 op de rechteroever van het kanaal (ex-lijn 57).
|
Vandaag blijft alleen nog hoofdlijn 55 over voor de bediening van het nieuwe Kluizendok en een aantal industrieën op de linkeroever van het huidige zeekanaal, en in het bijzonder voor de verbinding met het geïsoleerde restnet van Zeeuws-Vlaanderen, rond Sluiskil en Terneuzen.
Dit bondig overzicht van de spoorexploitatie zegt echter niets over de opeenvolgende tracéwijzigingen in en rond Zelzate. Hierna krijg je dus een zo eenduidig mogelijke beschrijving van de verschillende tracés op elk van deze lijnen. Waarna we op zoek zullen gaan naar de restanten ervan, of bij gebrek daaraan naar een aantal herkenningspunten.
Voor de verschillende lijnnummers verwijzen we naar de rubriek ad hoc.
Voor de verschillende lijnnummers verwijzen we naar de rubriek ad hoc.
DRIE SPOORWEGBRUGGEN OVER HET KANAAL
In en rond Zelzate was er over het kanaal maar een enkele spoorwegbrug (zie [1] op het kaartje), en deze lag op spoorlijn 57 uit Aalst en Lokeren die in 1867 in dienst kwam. Lang zou deze het nochtans niet uitzingen, want amper 10 jaar later werd precies op die plek het tweede en bredere kanaaltracé gegraven. Hierdoor moest deze brug vervangen worden door een nieuw kunstwerk dat ruim 125 meter meer zuidwaarts lag [2] zodat de spoorlijn over een lengte van zo'n 700 meter verlegd moest worden. Het nieuwe baanvak liep in een mooie boog naast het vorige dat echter niet werd uitgebroken, alvast niet op de rechteroever waar het verder dienst deed als spooraansluiting voor de suikerfabriek Wittouck daar vlak naast. Op de andere oever zou het korte eindstuk nog een tijdlang als aansluiting of losspoor gefungeerd hebben. De eerste spoorbrug [1] werd evenmin afgebroken en kreeg een nieuwe functie als bijkomende oeververbinding naar het westelijk deel van Zelzate dat dan op een smal eiland kwam te liggen, tussen beide kanalen in. Want het eerste kanaal bleef nog ettelijke decennia in dienst, tot het rond 1910 dan toch voor een deel gedempt werd.
In en rond Zelzate was er over het kanaal maar een enkele spoorwegbrug (zie [1] op het kaartje), en deze lag op spoorlijn 57 uit Aalst en Lokeren die in 1867 in dienst kwam. Lang zou deze het nochtans niet uitzingen, want amper 10 jaar later werd precies op die plek het tweede en bredere kanaaltracé gegraven. Hierdoor moest deze brug vervangen worden door een nieuw kunstwerk dat ruim 125 meter meer zuidwaarts lag [2] zodat de spoorlijn over een lengte van zo'n 700 meter verlegd moest worden. Het nieuwe baanvak liep in een mooie boog naast het vorige dat echter niet werd uitgebroken, alvast niet op de rechteroever waar het verder dienst deed als spooraansluiting voor de suikerfabriek Wittouck daar vlak naast. Op de andere oever zou het korte eindstuk nog een tijdlang als aansluiting of losspoor gefungeerd hebben. De eerste spoorbrug [1] werd evenmin afgebroken en kreeg een nieuwe functie als bijkomende oeververbinding naar het westelijk deel van Zelzate dat dan op een smal eiland kwam te liggen, tussen beide kanalen in. Want het eerste kanaal bleef nog ettelijke decennia in dienst, tot het rond 1910 dan toch voor een deel gedempt werd.
De eerste twee spoorwegbruggen waren allebei draaibruggen, de tweede [2] ruim dubbel zo lang als zijn voorganger [1] - deze laatste (ter hoogte van de windmolen op de foto van de tweede brug) zou nog ruim 30 jaar dienst doen als bijkomende oeververbinding met het langgerekte 'eiland' tussen beide kanalen in.
|
Kort voordien, rond de eeuwwisseling, was echter beslist het kanaal opnieuw te verbreden, behalve dan in de delicate doortocht door Zelzate, maar wel met ophoging van beide kanaalbruggen. Zo werd in het centrum de draaibrug ter hoogte van de Stationsstraat vervangen door een noordelijker gelegen elektrische klapbrug of basculebrug, ter hoogte van de Kanaalstraat, op de linkeroever geflankeerd door een majestueus machinegebouw dat ook als toegangspoort fungeerde tussen het station en het stadscentrum. Daar spoorlijn 57 van haar kant ook opgehoogd moest worden werd hier gekozen voor alweer een omleiding, de derde op rij en een stuk zuidelijker dan de vorige. Dit nieuwe baanvak was ca. 2,5 km lang en werd in oktober 1910 in gebruik genomen. Het takte af van de bestaande lijn 57 vlak na het Kloosterbos en verliep in een wijde boog langs het tehuis van de Broeders van Liefde, met een indrukwekkende dubbele rolbasculebrug [3] over het verbrede deel van het kanaal (foto’s hieronder) om wat verder lijn 55 te vervoegen, vlakbij de latere stopplaats Klein-Rusland. Opmerkelijk: de brugpijlers waren voorzien voor dubbelspoor. Het tweede tracé bleef echter in dienst tot aan het kanaal, eveneens voor de bediening van de suikerfabriek, waarbij de nieuwe vertakking de benaming Zelzate (Wittouck) kreeg.
Lang zou de nieuwe brug het echter niet uitzingen, want op het einde van WO I werd hij vernield. Hierdoor bleef de spoortrafiek op lijn 57 noodgedwongen beperkt tot een noodhalte Zelzate (Kanaal). Pas tien jaar later, in oktober 1928, werd de brug hersteld, gelijk met de verbinding naar lijn 55 en het station Zelzate. Tot in mei 1940, toen deze majestueuze brug met zijn twee bedieningshuisjes opnieuw werd opgeblazen, en lijn 57 zich alweer beperkt zag tot Zelzate (Kanaal). Maar eens de oorlogsjaren achter de rug werd de brug ditmaal niet meer hersteld. |
Hierbij rijzen wel enkele vragen. Werd na WO I de spoorwegbrug over het kanaal in zijn oorspronkelijke staat hersteld? En waar precies lag de voorlopige eindhalte Zelzate (Kanaal)? Op het derde tracé, vlak voor de vernielde brug, vlakbij de Broeders maar ver van het centrum? Of vlakbij Zelzate centrum op een van de vorige tracés dat bij die gelegenheid heropend werd voor reizigersverkeer? En lag Zelzate (Kanaal) na 1940 misschien op een andere locatie dan na WO I?
Toch zal, hoe ongelooflijk ook, de verbinding tussen spoorlijn 57 en het station Zelzate ruim 25 jaar later wel degelijk hersteld worden, zij het volgens alweer een ander tracé, het vierde, en ditmaal ook onder een ander lijnnummer!
KNOOPPUNT ZELZATE : DE APOCALYPS
Al wat voorafging is maar klein bier vergeleken met wat plaatsgreep in de jaren 60, de Golden Sixties van de grote openbare werken en het beton: naast bekende realisaties zoals de haven van Zeebrugge en het hellend vlak van Ronquières zat ook het zeekanaal Gent-Terneuzen voor schepen tot 80000 dwt in de pijplijn. Hiervoor moest deze niet alleen breder en dieper worden, maar moest ook de bocht van Zelzate eens te meer worden afgesneden. De impact van deze gigantische infrastructuurwerken op het kanaalstadje was enorm. Zo schiep het dempen van het 2e kanaaltracé nieuwe mogelijkheden voor de verdere uitbouw van het stadscentrum, waarvan echter de wijken Debbautshoek, Vogelzang en Klein-Rusland op linkeroever bijna letterlijk werden afgesneden. Het spoorwegnet rond Zelzate deelde eveneens in de klappen, in die mate zelfs dat het uiteenspatte in twee compleet aparte structuren - en dan nog.
Al wat voorafging is maar klein bier vergeleken met wat plaatsgreep in de jaren 60, de Golden Sixties van de grote openbare werken en het beton: naast bekende realisaties zoals de haven van Zeebrugge en het hellend vlak van Ronquières zat ook het zeekanaal Gent-Terneuzen voor schepen tot 80000 dwt in de pijplijn. Hiervoor moest deze niet alleen breder en dieper worden, maar moest ook de bocht van Zelzate eens te meer worden afgesneden. De impact van deze gigantische infrastructuurwerken op het kanaalstadje was enorm. Zo schiep het dempen van het 2e kanaaltracé nieuwe mogelijkheden voor de verdere uitbouw van het stadscentrum, waarvan echter de wijken Debbautshoek, Vogelzang en Klein-Rusland op linkeroever bijna letterlijk werden afgesneden. Het spoorwegnet rond Zelzate deelde eveneens in de klappen, in die mate zelfs dat het uiteenspatte in twee compleet aparte structuren - en dan nog.
OP LINKEROEVER – de spoorlijnen 55 en 55A
Doordat het nieuwe kanaaltracé zo’n 500 meter meer westwaarts werd aangelegd (gemeten ter hoogte van de Groenstraat) moest in eerste instantie een oplossing komen voor de nog steeds belangrijke stamlijn 55. Op de kaart verderop zie je meteen dat, anders dan voor de nieuwe brug in Sluiskil (NL), twee nieuwe kunstwerken kort na elkaar, schuins over een ruim 150 m breed kanaal, niet haalbaar waren. En dus kreeg spoorlijn 55 over ruim 2,5 km een nieuw tracé en een nieuw station, zij het op de linkeroever van het nieuwe kanaal, en uitsluitend voor goederenverkeer. Het nieuwe baanvak begint ei zo na op de vroegere vertakking met het in 1940 onderbroken derde tracé van lijn 57, vlakbij Klein-Rusland (foto hiernaast), is 200 m korter, en loopt evenwijdig met het huidige kanaal, vlak naast de Beneluxlaan (N474) richting Nederland.
|
Hierboven het inmiddels al een halve eeuw oude 'nieuwe' baanvak van lijn 55 langs de Beneluxlaan in zicht van de Nederlandse grens (foto links) en op de laatste Belgische overweg, pal tegen de grens zelf (13 oktober 2016).
Pas 160 m voorbij de grens komt dit nieuwe baanvak opnieuw terecht op het oorspronkelijke lijntracé. Vanuit Sas-van-Gent (NL) bekeken liep deze laatste rechtdoor (hierboven foto links) en zo kaarsrecht naar Zelzate, schuin over het huidige kanaal (richting blauw streepje boven de opslagtanks van teerfabriek Rütgers) (13 oktober 2016).
Van de weeromstuit werd het restlijntje naar Assenede op het nieuwe baanvak van lijn 55 aangesloten middels een nieuwe bocht van ca. 430 m (rechts op de foto hiernaast). Maar niet voor lang, want amper 10 jaar later ging dit laatste overblijfsel van de lijn naar Eeklo dan toch dicht.
EN OP RECHTEROEVER?
|
Al ogen de ingrepen aan de oostkant van het nieuwe kanaaltracé minder spectaculair, ze waren veruit de meest opmerkelijke van de hele operatie. In het bijzonder wat betreft het geamputeerde baanvak van lijn 55, waarvan de twee uiteinden gewoon uit het landschap verdwenen door de aanleg van het nieuwe kanaal, en dit over resp. 480 (hieronder) en 860 m (hierboven).
|
Zo verloor het oorspronkelijke station Zelzate zowat alle resterende functies aan zijn nieuwe evenknie op linkeroever alvorens plaats te ruimen voor een dubbele verbindingsweg (de latere R4) over het nieuwe kanaal, dwars op het hiervoor afgebroken stationsgebouw en vlakaf door het stadscentrum.
Maar gelijk moest voorbij het oude station (vanaf dan 'Zelzate RO'/rechteroever) de spoorbediening van de huidige teerfabriek Rütgers behouden blijven. Dit bleek alleen mogelijk door de sinds 1940 onderbroken spoorlijn 57 uit Lokeren opnieuw door te trekken, dwars over het pas gedempte 2e kanaaltracé, tot het afgesneden stuk van lijn 55. Gelijk werd de in aanleg zijnde rechtstreekse industrielijn 204 uit Gent-Zeehaven vanaf Gent-Noord (Sidmar) doorgetrokken tot lijn 57, voorbij het Kloosterbos, waar ter hoogte van het derde tracé een omloopspoor werd aangelegd voor het keren van de goederentreinen naar Moerbeke. Wel moest voor de nieuwe verbinding de expresweg uit Antwerpen (de huidige E34) omzeild worden via een gloednieuw baanvak - meteen het vierde tracé op rij - dat na een scherpe bocht rond de ingang van de wegtunnel (onder het nieuwe kanaal) naadloos aansloot op het reststuk van ex-lijn 55, om tenslotte uit te komen in Zelzate RO, of wat daarvan overbleef. Deze nieuwe industriële verbinding, al bij al een knap staaltje puzzelwerk, kreeg eveneens het lijnnummer 204.
Einde de jaren 80 werd de spoorbediening van de teerfabriek dan toch opgegeven. Meteen ook het einde van Zelzate-RO en van de ‘hinderlijke’ overweg op de R4 (foto hierboven). Het vierde tracé en het restant van ex-lijn 55 door Zelzate-Centrum werden kort daarna uitgebroken, al werden de rails van het omloopspoor op ex-lijn 57 pas rond 2009 verwijderd.
Einde de jaren 80 werd de spoorbediening van de teerfabriek dan toch opgegeven. Meteen ook het einde van Zelzate-RO en van de ‘hinderlijke’ overweg op de R4 (foto hierboven). Het vierde tracé en het restant van ex-lijn 55 door Zelzate-Centrum werden kort daarna uitgebroken, al werden de rails van het omloopspoor op ex-lijn 57 pas rond 2009 verwijderd.
OP SPEURTOCHT DOOR ZELZATE
Vandaag, een halve eeuw later, is er in Zelzate zelf niets meer te merken van enige spooractiviteit, toch niet op de rechteroever. In het stadscentrum is het afgesneden tracé van lijn 55 het enige wat overblijft, al is het als dusdanig nauwelijks nog herkenbaar, terwijl gebouwen en kunstwerken (de kanaalbruggen) destijds volledig werden afgebroken. Wie hier verder op zoek wil naar de twee eerste tracés van ex-lijn 57 zal genoegen moeten nemen met een handvol herkenningspunten. Daar dit alles niet zomaar voor de hand ligt hebben we in Zelzate-centrum een wandelroute uitgestippeld die je langs een en ander leidt, ook al zul je hierbij meer dan eens enige verbeelding moeten opbrengen.
|
We starten aan het busstation (B) op het gedempte 2e kanaaltracé, naast de expresweg R4. De teerfabriek Rütgers ligt schuin aan de overkant. 200 m westwaarts langs de R4 ben je al op de plek waar ooit het stationsplein lag [1]. Onherkenbaar, want de expresweg klieft er dwars doorheen. Een paar glascontainers en een kleine fietsrotonde symboliseren de plek waar het stationsgebouw gestaan heeft. Het opgehoogde fietspad linksaf volgt zowat het tracé van ex-lijn 55 (later 204), doorheen het oude spoorwegemplacement dat nu omgetoverd is tot een langgerekt park [2]. Ruim 300 meter verder kom je aan de Groenstraat (g). Oorspronkelijk takte lijn 57 hier af, vlak na de verdwenen overweg [3]. Aan de afbuiging van de linker huizenrij kun je de aanzet van dit eerste tracé nog enigszins herkennen, daar waar ex-lijn 55 naar rechts afbuigt (foto 27 januari 2017).
Het verharde pad op ex-lijn 55 loopt nog even verder, maar is nu ontdubbeld. Links, na minder dan 100 m, heeft de aanleg van een nieuwe woonwijk de afbuiging van het tweede tracé volledig van de kaart geveegd [4] (foto 27 januari 2017). Nog eens 100 m verder stopt het pad abrupt. Hier neem je linksaf een smal voetpad tussen de tuintjes, tot aan het rondpunt op de J.Stobbaertstraat. Daarachter merk je schuins tussen haag en hek een lichtbuigende doorgang [5]. Dit is het 2e tracé, al is het niet duidelijk aan welke kant van de afsluiting de spoorbedding zelf gelegen heeft. Amper 70 m verder, ter hoogte van een hoge betonnen platenwand [6], moet je echter rechtsaf tot de Ch.Andriesstraat, daarna naar links, tot de Westkade – jawel, dat van het verdwenen tweede kanaaltracé. Hier ga je opnieuw linksaf, tot je al gauw voor een dubbel hek staat [7].
|
Geen twijfel mogelijk, daarachter ligt het 2e spoorwegtracé [7] dat we zojuist volgden en dat hier doodloopt op het thans gedempte kanaal. Volg nu verder de Westkade, en na 120 m kom je, links tussen de huizen, aan een oprit vlak naast een garagebox [8]. Hier op deze plek liep het eerste tracé van lijn 57, dat na amper 10 jaar al onderbroken werd.
|
Wil je daar rechtover dwars door het park dat op het gedempte kanaal werd aangelegd, dan moet je even terug. Anders loop je verder door tot de eerstvolgende afslag rechts. Hier steek je eerst het tweede kanaaltracé over, tussen een lichtgolvende grasvlakte (links) en het met bomen begroeide gedeelte (rechts). Vlak na de Oostkade (links) – let op de kleine huizen – loop je voorbij de Oude Westtragel, ooit het jaagpad langsheen het eerste kanaaltracé (cfr. foto hiernaast) dat je nu op zijn beurt oversteekt, nog steeds rechtdoor, tot de Suikerkaai. Laat de Gamma op het terrein van de verdwenen suikerfabriek Wittouck links liggen en ga hier rechtsaf, en 100 m verder meteen naar links, de Winkelstraat in.
|
Let hier op het verschil tussen de kleinere huizen aan de rechterkant, en links de grotere woningen [9]. Deze laatste zijn dan ook later gebouwd, en dan nog wel op het oorspronkelijke tracé van lijn 57 en aanhorigheden (Wittouck) die mooi evenwijdig liepen met de Winkelstraat. Zo kom je 250 m verder uit op het kruispunt met de Verbroederingslaan. Hier rechtover, aan het begin van de Heidelaan, lag de vertakking tussen de 1e en 2e tracés van ex-lijn 57. Van het 2e tracé, richting watertoren, in een scherpe hoek met de Winkelstraat [10], ga je hier niets merken, maar op een luchtfoto is het nog mooi te zien aan de scheidingslijn tussen de aanliggende achtertuinen langsheen de Schepen De Deckerlaan die we via een kort stukje Verbroederingslaan inslaan, telkens rechtsaf. Ruim 250 m verder, voorbij de watertoren (W), komen we terug uit op de Suikerkaai.
|
Ga je hier even rechtsaf, dan kom je 80 m verder aan een achterliggend rond pleintje, precies op de plek waar het tweede tracé van lijn 57 uit Moerbeke op het punt stond daar rechtover het verbrede kanaal over te steken [11] (foto's 13 augustus 2016). Zoek niet naar de brug, die werd ca.1910 afgebroken, en het kanaal een halve eeuw later gedempt.
Terug naar de watertoren nu, dan rechtsaf. Deze weg is het verlengde van de Suikerkaai, dwars op het gedempte kanaaltracé. Eerst komen we nog het uiteinde van de Westkade tegen, tot de weg wat verder plots een scherpe bocht naar links neemt rond de dieper liggende ingang van de wegtunnel. Waar het asfalt even plaats ruimt voor beton [12] lag tot het einde van de jaren 80 de overweg van het vierde tracé – de medio de jaren 60 nieuw aangelegde verbindingslijn 204 uit Gent-Noord.
Volg dit tracé scherp rechtsaf, tot vlakbij het zeekanaal, waar je na alweer een scherpe bocht [13] uitkomt op het afgesneden deel van lijn 55. Grotendeels overgroeid door gras en struiken, maar toch goed te volgen via een smal pad waarlangs je 300 m verder weer in de 'bewoonde' wereld komt [4], en zo terug naar je vertrekpunt.
...BUITEN ZELZATE Wil je echter nog verder, op zoek naar de overige twee tracés, dan kan dat vanaf punt [12], boven de ingang van de wegtunnel. Wijzelf dachten slim te zijn door naar het uiteinde van het derde tracé te stappen, vlak achter het psychiatrisch centrum van de Broeders van Liefde (PC St-Jan-Baptist). Hiertoe volg je verder de asfaltbaan zuidoostwaarts, dwars over het gedempte kanaaltracé. Aan het eerstvolgende kruispunt sla je rechtsaf en kom je zo terug op de oorspronkelijke Suikerkaai. Voorbij het PC blijkt de doorgang echter versperd door een stevig ijzeren hek. Geen doorkomen aan. Toch maar een blik over het kanaal, maar de verbredingswerken uit de jaren 60 hebben daar elk restant van de voormalige spoorwegbrug weggeveegd. Dat hadden we kunnen weten.
|
Toch merkwaardig: over de hele breedte van het kanaal (200 meter!) volgt de gemeentegrens met Gent precies het verdwenen derde spoorwegtracé, dat zelfs op linkeroever nog enigszins herkenbaar is, althans op luchtfoto. Dan maar terug en voorbij het PC rechtsaf, via de Broeder Leopoldstraat naar het volgende kruispunt. Dan alweer rechtsaf, in een omtrekkende beweging rond het PC. Wat verder, waar de klinkers plaats ruimen voor een betonnen wegdek, lag daar een overweg op het derde tracé.
Op die plek is de oude spoorbedding duidelijk zichtbaar, maar helaas aan beide kanten hermetisch afgesloten, alweer!
Een derde poging vanaf het vorige kruispunt, ditmaal via een bosweg, brengt even weinig soelaas. De spoorbedding door het bos is daar vrij goed herkenbaar, daar niet van, zij het achter een hoge versperring afgezoomd met prikkeldraad en al dies meer. |
Het vierde tracé dan maar? Hoewel je deze binnendoor kunt bereiken vanaf elk van de twee zopas vermelde kruispunten raden wij je aan deze vanaf de wegtunnel te volgen [12]. Na een lichte afbuiging loopt dit baanvak kaarsrecht langsheen de E34. Merkwaardig genoeg liggen 30 jaar na de sluiting de meeste dwarsliggers er nog steeds. Dit is het medio de jaren 60 nieuw aangelegde baanvak van de industrielijn uit Gent, dat van meet af aan het nummer 204 meekreeg.
|
(alle drie foto's: 27 januari 2017, telkens richting Zelzate)
Zowat 750 meter verder volgt een scherpe bocht naar rechts, doorheen jong bos, en kom je terecht op het oorspronkelijke tracé van lijn 57. Een blik achterom richting Zelzate maakt je echter niet wijzer: de huidige E34 verspert het zicht (en het tracé), al maakt de oude watertoren enige oriëntatie mogelijk.
...EN VERDER LANGS STAMLIJN 57
Richting Moerbeke gaat het vanaf hier opnieuw in rechte lijn, en liggen hier en daar nog wat dwarsliggers voor het rapen (slepen). Al gauw raakt de bedding dichtgegroeid, maar in de winterperiode kun je die van kortbij volgen, eerst doorheen het bos en daarna door een lang stuk akkerland. Aan het einde hiervan wordt het interessant, want dan verschijnen de dwarsliggers opnieuw. Bovendien blijkt hier dubbelspoor gelegen te hebben, nl. het uitwijkspoor waar de goederentrein naar/van Moerbeke tot in 1978 moest kopmaken. Naar verluidt werden de laatste rails hier pas rond 2009 verwijderd!
Langsheen dit uitwijkspoor zoeken we vergeefs naar het dichtgegroeide derde tracé dat hier ergens moest aftakken. Een knik in het verloop van de metershoge afsluiting (foto hieronder, 27 januari 2017) is veruit de enige aanwijzing. Dit verboden terrein hoort nu bij het staalbedrijf Arcelor-Mittal, voorheen Sidmar.
|
Eens voorbij het dubbelspoor raak je de dichtbegroeide spoorbedding zichtbaar weer kwijt. Maar de hoge afsluiting langsheen het tracé toont de weg, en een vergeten hectometerpaaltje laat hier geen twijfel over bestaan: ooit was dit lijn 57 (zate helemaal rechts op de foto) (27 januari 2017).
|
Vlak voor de drukke expresweg uit Gent, de John F. Kennedylaan, heeft industriële nieuwbouw het tracé volledig ingepalmd, inclusief de vroegere aansluiting van lijn 204 uit Gent-Noord met onze lijn 57. Deze vind je pas terug aan de overkant van de expresweg, mits een hele omweg die je naar het Kloosterbos brengt. Dit baanvak werd in 1978 uitgebroken na de aanleg van een nieuwe rechtstreekse verbinding (lijn 77) naar Gent-Noord. 30 jaar later kwam ook dit gloednieuw stukje spoor in onbruik, gelijk met de lijn uit Moerbeke. Vandaag zijn beide nog duidelijk merkbaar in het boslandschap, inclusief de plek waar ze uit elkaar gingen – een vertakking is dit nooit geweest. Maar terwijl het vrij lastig is om de keienbedding van de in 2013 uitgebroken lijn 77 te volgen, is het oorspronkelijke tracé van lijn 57 doorheen het Kloosterbos thans een rustig en gezellig (want asfaltloos) wandelpad.
|
TOT SLOT
Dit was dan het sluitstuk van dit omvangrijke dossier over het spoorweg- en kanaalkluwen in en rond Zelzate, al blijven aanvullingen, actualisering, correcties en rechtzettingen steeds mogelijk. Een dossier waarin we stap voor stap de teloorgang reconstrueerden van het spoorwegknooppunt Zelzate als gevolg van de opeenvolgende kanaalverbredingen en bijhorende tracéaanpassingen. Een dossier dat ons vele maanden in beslag nam, de voorafgaande research niet te na gesproken, en dat bijna uitsluitend werd opgebouwd op basis van grondige kaartonderzoek en terreinverkenningen. Andere informatiebronnen kwamen hier nauwelijks aan te pas, tenzij om de chronologie van heel deze evolutie beter te kunnen vastleggen. Hierbij werden we telkens weer geconfronteerd met tal van onduidelijkheden en zelfs tegenspraak tussen de 'bronnen' onderling. Meteen de reden waarom wij ons doorgaans beperkten tot de jaartallen of periodes waarin deze veranderingen plaatsgrepen. Het heeft dan ook weinig zin al deze 'bronnen' te vermelden, tenzij dan de website "Spoorweggeschiedenis" die nog de meest accurate en betrouwbare informatie blijkt te geven. Wel spijtig dat men hier niet verder geraakt is dan de stations en haltes van het Belgische net, al was deze informatie voor ons van groot nut, zeker wat Zelzate betreft. En, niet te vergeten, vooral de website “Cartesius” waarop men heel wat oude topografische kaarten kan raadplegen.
Tenslotte nog dit. Ook al zijn lijnnummers een administratief gegeven, door de jaren heen zijn ze onlosmakelijk verbonden geraakt met de betrokken spoorlijnen. Wel kunnen ze om uiteenlopende redenen al eens gewijzigd worden. Dit was alleszins het geval met spoorlijn 57 waarvan enkele baanvakken na 1965 meer dan eens een ander nummer kregen (77 en/of 204) (zie plan). Ook hier heerst op tal van websites heel wat onduidelijkheid, laat staan verwarring, al denken wij dat alleen de echte freaks hiervan wakker liggen. Wat er ook van zij, en zeker nu al deze baanvakken opgebroken zijn, blijven we consequent het nummer 57 van de historische stamlijn uit Moerbeke (en verder) hanteren.
terug naar de homepagina