Vergeten sporen |
Voies oubliées |
LAATSTE EINDJES |
|
Het aantal verdwenen spoorlijnen is vandaag haast niet meer te tellen - en elders is het niet zoveel beter, integendeel. Toch blijft daarvan op het Belgische net nog hier en daar een kort stukje spoor over, vaak zelfs geëlektrificeerd, doorgaans als uitwijkspoor voor het rangeren van o.m. lange piekuurtreinen in het eindstation, of gewoon als dienstspoor. Wel is hun aantal de jongste jaren gekrompen, want de tabula rasa woedt nog steeds - zoals recent nog in Poperinge. En dus zijn we al enige tijd op zoek naar dergelijke 'stompjes'. Inmiddels hebben we er al heel wat gevonden, maar er zijn er allicht nog meer. Hierna, in volgorde:
HINDEL - SOIGNIES - LUTTRE - LANDEN - PIETON - GOUVY - NEERPELT - TOURNAI - OISQUERCQ - CINEY
Dans cette rubrique nous partons à la recherche de ce qui reste comme amorces de lignes de chemin de fer pour le reste disparues, certaines depuis près d'un demi siècle déjà. Le plus souvent ces derniers moignons sont électrifiés et servent comme tiroir de manoeuvre au bout du faisceau de l'une ou l'autre (grande) gare, sinon tout simplement comme voie de service. |
HindelDit is zowat alles wat overblijft van het baanvak Hombourg-Hindel (lijn 38), enkele sporen in het station Hombourg niet te na gesproken. Zelfs de aansluiting met de Montzenroute, even voor het gelijknamige rangeerstation (hierna foto links), overleefde de tabula rasa niet. Al bij al gaat het hier niet om de oorspronkelijke lijn naar Plombières, maar de verbinding ervan met de rond 1917 geopende Montzenroute naar Aachen West en Ronheide/Aachen HBf. Na de sluiting van het baanvak naar Plombières in 1952 werd dit de uitloper van lijn 38 uit Luik en Herve. Ook na de opbraak ervan bleef dit baanvak gespaard, op het laatst zelfs met het oog op een toeristisch project doorheen de tunnelsite van Hombourg. Hoe hieraan abrupt een einde werd gemaakt is dan weer een ander verhaal. Een tijdlang bleven nog enkele rijtuigen staan wachten op het uiteinde van dit spoor van en naar nergens (foto rechts), maar deze zijn inmiddels dan toch naar andere oorden verdwenen en lieten dit stukje spoor van zowat 700 m helemaal verweesd achter.
|
|
Soignies
Spoorlijn 114, van Soignies naar Houdeng-Goegnies, heeft moeite om te verdwijnen. Na de opheffing van de reizigersdienst in 1959 bleef het spoor nog in gebruik voor goederenverkeer, maar werd stukjes bij beetjes ingekort tot dit geëlektrificeerde kopspoor voor de bundel van Soignies. Een wel heel opmerkelijk stukje spoorwegtracé, tussen de huizen door en met maar liefst twee bruggen over een paar zijstraten. Maar te oordelen naar de staat van het spoor lijkt dit al geruime tijd niet meer gebruikt te worden (8 maart 2019). Terloops, het andere uiteinde, naar het inmiddels verlaten station Houdeng-Goegnies, kende evengoed een langzame doodsstrijd, met tot vandaag zelfs een paar vergeten rails op een afgelegen brug bij Trieu-à-Vallée, aan de rand van het woongebied.
|
Presque oublié, ce court vestige de la ligne 114 de Soignies à Houdeng-Goegnies, traversant deux ponts surplombant les habitations et les rues adjacentes, et coupé net à la sortie de la ville. Néanmoins électrifié, il sert d’impasse pour le faisceau de Soignies, mais semble inutilisé depuis plusieurs années déjà (8 mars 2019). N’oublions pas non plus ces quelques rails oubliés sur un pont isolé près de Trieu-à-Vallée, à la sortie de Houdeng, à l’autre bout de la ligne.
|
LuttreBij de aanleg van ontdubbelingslijn 124A Luttre-Charleroi rond WO II werd het eindstuk van ex-lijn 122 uit Trazegnies opnieuw gebruikt voor de omlegging van lijn 119 naar Gosselies (en verder). De aanzet tot dit 'nieuwe' tracé - en dus tot ex-lijn 122 - bestaat nog steeds, als kopspoor van het station Luttre, tot aan de brug over de Rue Larmoulin (Ferme du Cheval Blanc), naast lijn 124A (hiernaast, op 23 maart 2018), en is zelfs geëlektrificeerd!
|
Van het ooit zo belangrijke spoorwegknooppunt Landen op de klassieke hoofdlijn van Brussel naar Luik en verder blijft vandaag alleen de vertakking naar St-Truiden/Hasselt over (lijn 21). En toch. Vanuit de trein zou je bij het zicht van een stuk bovenleiding aan het begin van de voormalige zijlijn naar Hannut/Statte (hierboven, lijn 127) en op die naar Ramillies/Gembloux (hieronder, lijn 147) haast gaan denken dat ze allebei toch nog in gebruik zijn. Dat wel, zij het enkel als uitloopspoor, en dit over amper 320 m op lijn 127 en 500 m lijn 147. Daarna: niets meer! Al ziet het ernaar uit dat vooral het laatste eindje van lijn 127 tegenwoordig nog maar weinig te doen heeft… (19 maart 2019)
Deux moignons au départ de la gare de Landen (ligne 36 vers Liège), c'est tout ce qui reste des lignes secondaires vers Hannut/Statte (ci-devant, ligne 127) et Ramillies/Gembloux (ci-après, ligne 147). Partiellement électrifiés, ils servent encore comme tiroir de manoeuvres pour la gare de Landen, en principe du moins, car les 320 m de l'ancienne ligne 127 ne semblent plus beaucoup utilisés (19 mars 2019).
|
Piéton
Op spoorlijn 110 van Piéton naar Anderlues (en verder) reed de laatste goederentrein in 1986. Op 15 april 2010 echter zag deze al bijna een kwarteeuw opgegeven spoorlijn er aan de uitrit voorbij Piéton nog redelijk uit (hiernaast). Blijkbaar werd dit stukje spoor van amper 500 meter nog af en toe gebruikt voor het uitwijken of rangeren van langere goederentreinen. Toch waren we niet verrast dit laatste eindje meer en meer overgroeid te zien. En onlangs kwam dan de doodssteek: de plaatsing van zo’n witte seinbox plat op dit spoor vlak na Piéton, en dat terwijl de toegangswissel en het rangeerseintje nog steeds functioneel zijn. Waarlijk, de hersenkronkels van de infrastructuurbeheerder zijn soms wel heel ondoorgrondelijk. Wedden dat dit nu ontoegankelijke stukje van lijn 110 daar nog jaren zal blijven liggen, meer en meer bedolven onder de oprukkende plantengroei (foto's hieronder) - met het navenante sluikstort onderaan deze brug.
|
Ce qui devait arriver arriva. De moins en moins utilisée, l’amorce de la ligne 110 à la sortie de Piéton disparut de plus en plus sous la végétation, assaisonnée d’une décharge sauvage au pied du passage supérieur. Et voilà que, très récemment, un box de signalisation fut placé en plein sur la voie – déboulonnée à cet endroit – alors que l’aiguille d’accès et le petit signal de manoeuvre sont toujours fonctionnels. Gageons que ce bout de voie de l’ancienne 110 continuera de pourrir sur place pendant bien d’années encore. |
Spoorlijn naar nergens...Op 12 augustus 2010, zo'n vijftien jaar na de opbraak van lijn 163 naar Bastogne, kon je voorbij het station Gouvy nog dromen dat het niet al te begroeide spoor gewoon zat te wachten op een heropening van deze prachtige lijn. Zelfs dat het er voorbij de toegangswissel nog af en toe bereden uitzag. Helaas niet veel meer dan als uitloopspoor voor de sporenbundel van Gouvy, een functie die het sindsdien kwijtspeelde, zeker na verwijdering van de wissel in 2015. Toch ligt het nu afgesneden spoor er nog steeds, en loopt zelfs verder doorheen een vrij diepe uitgraving, zij het meer en meer opgeslokt door de oprukkende vegetatie.
|
Wat overblijft van lijn 163 naar Bastogne voorbij Gouvy - links lijn 42 naar Troisvierges
(12 augustus 2010 en 13 oktober 2018) |
Tot het abrupte einde, zo’n 700 meter voorbij de uitgebroken wissel (foto hieronder rechts, op 15 februari 2019). Zomaar, zonder eindbuffer of wat dan ook, te midden van het dichte struikgewas. Maar wel pal naast de ruïnes van een in de oorlog vernielde overbrugging, dezelfde ruïnes die hier al eens ter sprake kwamen (zie verder). Misschien ligt hier wel de verklaring. Dat het spoor nog even bleef liggen, tot hier en geen centimeter verder, gewoon om het puin van het bouwval te kunnen wegvoeren omdat de plek niet gemakkelijk bereikbaar is voor dergelijk zwaar wegtransport? Wie weet. Maar vandaag ligt de brugruïne er nog steeds, met daarnaast het doodlopend stuk spoor dat nu ook al van het net werd afgekoppeld…
Etrange coïncidence que cette portion de voie de 700 mètres, issue de la défunte et regrettée ligne 163 vers Bastogne, et maintenue comme tiroir de manoeuvre pour le faisceau de Gouvy pendant près de 20 ans après le démontage, mais se prolongeant jusqu’au pied du passage supérieur détruit en fin de guerre (voir ci-après).
Simple oubli? Ou encore l’intention d’évacuer les restes du pont par cette voie? Mais aujourd’hui, cet ouvrage ruiné existe toujours, et la voie donc aussi, l’aiguille d’accès étant toutefois démontée depuis 2015. |
Komende uit Gouvy en kort na de vertakking met spoorlijn 42 naar Troisvierges en Luxembourg, loopt de voormalige lijn 163 door een vrij diepe sleuf op de flank van de ‘Haie de Bellain’, een beboste heuvel vlakbij de grens met het Groothertogdom. Te oordelen naar de bouwstijl werd hier bij de verbreding voor het dubbelspoor tijdens WO I de oorspronkelijke brug op de lokale weg tussen Gouvy en Hautbellain (L) vervangen door deze betonnen overbrugging. Zwaar beschadigd op het einde van WO II, wellicht tijdens het Ardennenoffensief, bleven dit brugdek en andere overblijfselen daar gewoon liggen, aan weerszijden van de begin de jaren 30 op enkelspoor teruggebrachte spoorlijn. Nadien werd de wegverbinding hersteld mits een scherpe lus rond het obstakel en een onbemande overweg op de spoorlijn zelf. Dertig jaar later, op 23 april 1975, lagen de brokstukken daar nog. Op 15 februari 2019, meer dan 40 jaar daarna, lagen ze er nog steeds, goed verborgen tussen de bomen en het struikgewas die sinds de opbraak van het spoor rond 1994 de sleuf hebben ingepalmd, en volkomen onzichtbaar van op de vroegere overweg waar een parking werd aangelegd voor de gebruikers van de vanaf daar geasfalteerde spoorwegbedding.
Ce passage supérieur, peu après la bifurcation de la ligne de Bastogne (163) avec la ligne 42 vers Troisvierges et datant vraisemblablement de la mise à double voie pendant la première guerre, surplombait une profonde tranchée sur la flanc de la ‘Haie de Bellain’, une colline boisée près de la frontière Grand-Ducale. Gravement endommagé à la fin de la dernière guerre, il fut remplacé par un passage à niveau non gardé à deux pas de là, le chemin local entre les villages de Gouvy et de Hautbellain (L) effectuant une boucle à cet endroit. Par contre, les restes de l’ouvrage de part et d’autre de la voie ne furent jamais remblayés, et sont toujours en place, quoique invisibles dans la végétation fort dense qui occupe aujourd’hui toute la tranchée, la voie ayant été démontée il y a 25 ans déjà et la plate-forme asphaltée à partir de cet endroit.
|
Dit is alles wat overblijft van voormalige spoorlijn 18 van Winterslag (thans Genk-Goederen) naar Achel en Valkenswaard (NL). En zoals elders ook hier als uitloopspoor, toch nog zo’n 450 meter lang (foto's 22 februari 2019). Dat heeft het station Neerpelt wel nodig sinds de drastische inkrimping van het aantal uitwijksporen – net geen tabula rasa – al wordt dit eindje zo te zien maar weinig gebruikt. Uitbreken is hier echter (nog) niet aan de orde, met al die geruchten over nieuwe trafieken op de IJzeren Rijn, de mogelijke elektrificatie ervan, of zelfs de eventuele heraanleg van… jawel, lijn 18. Nu ja, nog niet te rap van stapel lopen en eerst zien, als men weet dat sommige 'plannen' al meer dan 20 jaar aanslepen.
450 mètres, c'est tout ce qui reste de l'ancienne ligne 18 (Winterslag-Achel-NL), à la sortie sud de la gare de Neerpelt. A moins qu'un jour les plans de remise en service de cette ligne n'aboutissent enfin? |
Tournai
Zo’n 150 à 175 meter lang, geëlektrificeerd en al, dit kopspoor aan het uiteinde van het station Tournai. Duidelijk in gebruik voor het rangeren van lange pendelaarstreinen, zoals je wel meer aantreft bij grotere stations. Niets bijzonders dus, was het niet de aanzet van de in 1950 voor reizigers gesloten spoorlijn 87 naar Amougies (en verder). Wel bleef ze nog functioneren als industrielijn, van Tournai tot even voor Kain, ruim 1 km verder, onder het lijnnummer 231, en dit tot midden de jaren 70. Sindsdien blijft alleen nog dit kopspoor over. En al dateren de foto's van 6 april 2010, vorig jaar stond dit eindje er nog, in gebruik en al.
Cette courte section en impasse à la sortie de la gare de Tournai, guère plus de 150 m mais électrifiée, sert pour la manoeuvre de longs convois en fin de service. En fait il s'agit de l’amorce de la défunte ligne 87 vers Amougies, fermée aux voyageurs en 1950 mais maintenue jusque vers 1975 comme ligne industrielle jusqu’aux abords de Kain, à peine 1 km plus loin. Les vues datent de 2010, mais au printemps de 2018 ce moignon de la 87 était toujours en service. |
|
Oisquercq |
Hoewel lijn 106 naar Ecaussinnes al ruim 30 jaar geleden werd uitgebroken, is dit ca. 900 meter lange geëlektrificeerde baanvak nog intact, tot aan de rand van Oisquercq, het eerste dorp voorbij Clabecq. Tot vandaag dient het als uitloper van de goederenbundel (eertijds Vorming) van Clabecq die in dienst blijft voor de bediening van de staalfabriek van Ittre, aan de overzijde van het kanaal, links buiten beeld. Deze foto werd gemaakt op 29 mei 1993. Het baken links had betrekking op het vier jaar voordien uitgebroken baanvak van de lijn naar Ecaussinnes (zie ons dossier over lijn 106).
|
Ciney
Vlak buiten Ciney, hartje Condroz, loopt dit amper gebruikte industriële verbindingsspoor roemloos dood in een donkere sleuf achter de huizen, tussen allerhande grond- en andere onbestemde afval – triestige gewoonte die je wel vaker tegenkomt langsheen oude spoorlijnen, uitgebroken of niet (foto 7 maart 2011). In feite is dit alles wat hier overblijft van de voormalige lijn 126 naar Huy en Statte – hooguit 700 meter spoor dat tot vandaag behouden bleef ten behoeve van het metaalconstructiebedrijf Ronveaux dat heel sporadisch nog eens een groot werkstuk per spoor wil verzenden. Eens voorbij dit sluikstort werd de spoorwegbedding geasfalteerd tot Marchin, zo’n 36 km verder, alwaar een andere metaalbedrijf (TDM, thans onderdeel van Arcelor-Mittal) de laatste 4,5 km van deze spoorlijn van voldoende trafiek voorziet om dit prachtig restlijntje vooralsnog in stand te houden. Heel anders dan hier in Ciney, waar de Condrozlijn 126 op sterven na dood is.
|