OUDE STELPLAATSEN IN WALLONIË
|
Anciens dépôts vicinaux en Région Wallonne |
|
BRABANT WALLON & NAMUR |
|
Alle-sur-Semois (prov.Namur)
De stelplaats Alle lag helemaal op het zuidelijke uiteinde van de geïsoleerde buurtlijn uit Gedinne, met aftakking vanuit Vresse naar Bohan en verder. Reeds in 1950 werd de reizigersdienst opgedoekt. Op het baanvak Vresse-Alle verdween de goederenbedieing pas in 1954. Sindsdien fungeerde de stelplaats nog enkel als busgarage, tot de sluiting in 2009.
Een tijdlang boden de oude loodsen een onderkomen voor de brandweerdienst van de fusiegemeente Vresse, wat alleszins nog het geval was bij ons eerste bezoek op 12 juli 2013 (hierboven en hiernaast). Maar toen al vertoonden de loodsen en het verlaten waterreservoir manifeste tekenen van verval, vooral ter hoogte van de dakranden maar ook op het dak van de kleine loods waar een groot zeil (amper zichtbaar op de foto onderaan rechts) erger moest voorkomen.
|
Bij ons tweede bezoek, op 27 augustus 2020 (hiernaast en hieronder) was het geheel alweer verlaten, wat vandaag nog steeds het geval is, te oordelen naar recente luchtfoto's, terwijl het verval almaar zichtbaarder wordt. Alleen het wat verderop gelegen maar eveneens verlaten stationsgebouw lijkt nog enigszins de tand des tijds te doorstaan, ogenschijnlijk toch. Wordt allicht vervolgd.
|
BRABANT WALLON |
VIRGINAL - NIVELLES - MONT-St-JEAN - LASNE - ARCHENNES - CHASTRE - SART-RISBART - JODOIGNE
|
Virginal
VIRGINAL-ETAT - De illusie is bijna perfect, ware het niet dat deze overzichtsfoto van de stelplaats gemaakt werd in 1966, zeven jaar na de opheffing van de buurtlijn, en bovendien van op de verlaten en met gras begroeide spoorwegbedding daar vlak naast.
|
De stelplaats Virginal ligt in de westelijke uithoek van de kleine provincie Brabant Wallon, uit de tijd dat deze samen met Vlaams Brabant nog één provincie vormde. Aanvankelijk lag deze kleine stelplaats op het uiteinde van de buurtlijn uit Nivelles, waar ook de hoofdstelplaats lag. Maar na de latere verlengingen naar Braine-le-Comte en Rebecq kreeg ze een meer centrale positie, al bleef ze nog steeds van heel lokaal belang. Hoe dan ook, voorbij het stationsgebouw en het waterreservoir annex kolenopslag daar rechtover was er slechts één vrij langgerekte loods met twee sporen, met vooraan de typische uitstulpende overkapping voor de rook van de gestalde stoomlocomotieven, en daarnaast hooguit een drietal opstelsporen.
|
De opheffing van het buurtnet van Nivelles in 1959 betekende gelijk het einde van Virginal als buurtpoorwegstelplaats, al bleef de site nog enkele decennia in dienst als standplaats voor een paar bussen van de NMVB, tot de vroege jaren 80. Daarna werd de site van de hand gedaan en dient thans blijkbaar voor de opslag van allerhande bouwmaterialen, met de aanbouw van een groot afdak tegen de remise. Het dak van het reservoir, al in verval in de jaren 80, is inmiddels verdwenen, maar de aftapkraan voor de stoomloks is er nog, mogelijk ook de waterkuip zelf. Maar voor de rest is het geheel zo goed als intact – op de sporen na.
L'abandon de la desserte ferroviaire en 1959 ne signifia pas pour autant la fin du dépôt, celui-ci servant de garage pour quelques autobus, jusqu'au début des années 80. Après quoi le site fut abandonné, puis cédé à des tiers, et sert actuellement d'entrepôt de matériaux. En face de l'ancienne gare vicinale, le réservoir et le bâtiment des combustibles sont quasiment intacts, sauf que le toit du château d'eau, déjà mal en point à l'époque, n'a pas survécu. |
De stelplaats Nivelles was, naast de kleinere eenheid van Virginal, de voornaamste thuishaven voor het buurtnet in het westelijk uiteinde van het huidige Waals-Brabant. Ook het kort stukje spoor richting Monstreux, op de onafgewerkte lijn naar Soignies, hoorde daarbij.
Bij de sluiting van dit buurtnet in 1959 was de stelplaats nog zo goed als compleet, met inbegrip van het waterreservoir en het unieke stationsgebouw, naar verluidt een gril van een of andere hoge piet bij de toenmalige NMVB. Gelijk met de naburige tunnel onder de hoofdbaan uit Mont-St.Jean werd dit pronkstuk midden de jaren 60 zonder meer afgebroken om plaats te ruimen voor de groots opgezette afrit voor de E19, toen in aanbouw. Ook het waterreservoir verdween in diezelfde periode. De in de breedte uitgebouwde grote loods met de vele poorten werd omgevormd tot busgarage en is vandaag nog nauwelijks als dusdanig herkenbaar (hieronder op 5 april 2019). Daar vlak naast een kleiner gebouw in typische NMVB-bouwstijl dat wellicht als werkplaats dienst deed (zie ook de foto hierboven). Na de opheffing van dit buurtnet werd Nivelles een volwaardige busstelplaats, tot deze rond 2010 op haar beurt werd opgedoekt en waarbi de toekomst van deze site niet meteen duidelijk is. |
Le dépôt de Nivelles fut l'épicentre des lignes vicinales de l'extrémité occidentale de ce qui est aujourd'hui le Brabant Wallon. Toujours intact lors de l'arrêt de l'exploitation ferroviaire en 1959, il dut subir la perte de son château d'eau et de son extravagante gare vicinale, sacrifiée sous la voracité autoroutière des années 60. Pendant un demi-siècle il servit de dépôt d'autobus, jusqu'à ce que celui-ci, vers 2010, ne déménage à deux pas de là. Ne reste que la grande remise aux nombreuses portes d'accès bien caractéristiques, aujourd'hui à peine reconnaissable, mais flanquée d'un petit bâtiment typiquement vicinal, probablement un atelier (5 avril 2019).
|
Mont-St-Jean
Voormalige stelplaats op de elektrische buurtlijn Brussel-Waterloo-Braine-l'Alleud, vlakbij de afslag naar Lasne en Wavre (Monument Gordon) en de leeuw van Waterloo een eindje verderop. Het merkwaardige stationsgebouw stond er jarenlang leeg en verkommerd bij en werd in 2020 afgebroken. De tramloods achterin is nog redelijk herkenbaar en is nu een bedrijfsgebouw.
(4 oktober 2015 & 26 oktober 2017).
|
|
Lasne
De stelplaats Lasne lag ongeveer halfweg op de later geëlektrifieerde buurtlijn tussen Braine-l’Alleud en Wavre. Toen deze overigens prachtige lijn in 1964 werd opgedoekt, namen de bussen daar hun intrek. Al gauw verdween het waterreservoir annex opslagplaats, maar de loodsen en het stationsgebouw bleven vrijwel intact. Begin deze eeuw werden de loodsen zelfs gebruikt voor het opbergen van historische tramrijtuigen. Toen we echter in oktober 2015 onverwacht in Lasne terechtkwamen had het er alles van dat het lot van de voormalige stelplaats bezegeld was. De bussen waren weg, de loodsen (ei zo na) leeg, en het stationsgebouw ingekapseld in een grote residentiële bouwwerf. Het was nog maar een kwestie van maanden voor alles tegen de vlakte zou gaan. Dachten we.
|
4 oktober 2015 & 21 februari 2020
|
Vijf jaar later, vlak voor de uitbraak van corona, stond dit alles er echter nog. Wel waren de rolluiken van de loodsen uitgebroken, maar het stationsgebouw had nieuwe ramen gekregen (hiernaast). Dachten we. Begin maart (2022) zijn we nog eens gaan kijken. En ja, de loodsen zijn nu afgebroken, en de tweede fase van het woonproject ‘Coeur de Lasne’ ging onlangs van start. Maar het station staat er nog steeds, al blijken die ‘nieuwe’ ramen slechts schilderingen op de zware panelen die het verlaten gebouw hermetisch afsluiten. Inmiddels is men het oude emplacement gaan herinrichten, en dan nog wel tot vlak tegen de dorpel van het stationsgebouw. Betekent dit dat deze laatste getuige hiermee gered is? We kunnen het alleen maar hopen. Welke functie het ook krijgt, liever dat dan de soms brutale sloop die zoveel historische gebouwen met de grond gelijk maakte.
|
Archennes Op een ijskoude morgen (19 januari 2017) baadt de voormalige stelplaats ARCHENNES in de vroege ochtendzon. Deze stelplaats op de gewezen buurtlijn Jodoigne-Wavre is nog vrijwel intact, zij het verdeeld over verschillende eigenaars die daar elk hun eigen stempel op drukken. Par une froide matinée en plein hiver l'ancien dépôt d'Archennes (ligne Jodoigne-Wavre) se réveille sous les rayons du soleil naissant. |
|
Chastre
De stelplaats Chastre, in het huidige Waals Brabant, hoorde destijds bij de Groep Leuven. Mooie getuige hiervan was het imposante buurtstation, vrijwel identiek aan die van Tienen en Kessel-Lo maar vandaag helaas verdwenen. Van hieruit vertrokken de buurtlijnen naar Courcelles in Henegouwen (later ingekort tot Mellet en Gosselies), en naar Sart-Risbart/Jodoigne. Op deze laatste werd de reizigersdienst al in 1950 opgeheven, naar Mellet pas drie jaar later, maar op beide overleefde de goederentrafiek tot de latere jaren van het decennium, naar Chaumont-Gistoux (richting Jodoigne) zelfs tot in 1959, dankzij een vrij aanzienlijke trafiek vanuit de zandgroeven aldaar.
|
De stelplaats zelf is vandaag nog steeds actief als busdepot voor de TEC, maar qua gebouwen uit de buurtperiode staat alleen de grote remise nog recht (hieronder op 23 maart 2018), niet in de courante NMVB-bouwstijl van weleer, maar in fabriekshalstijl, zoals je er hier en daar nog wel tegenkomt (o.a. in Lanaken en Nalinnes, vroeger ook in Ezemaal en Tremelo).
Opmerkelijk is de oversteek van de naastliggende spoorlijn 161, met een grote lus rond de stelplaats, gevolgd door een vrij lange brug over de NMBS-sporen (foto hiernaast), zoals destijds ook in Haacht en Heist-op-den-Berg. Evenwel is in Chastre het bruggenhoofd vlak achter de stelplaats nog zo goed als intact gebleven. |
Situé au point de rencontre des lignes vicinales vers Mellet et Sart-Risbart/Jodoigne, en face de la gare SNCB, le dépôt de Chastre perdit non seulement le service des voyageurs (resp. 1953 et 1950) et des marchanidises (1958 et 1959), mais aussi sa belle gare vicinale, quasiment identique à celles de Kessel-Lo et de Tienen du même groupe de jadis, celui de Leuven (Louvain). Aujourd'hui, seule subsiste la grande remise d'aspect pas très vicinal, probablement d'entre les deux guerres. Le dépôt reste toutefois actif comme garage pour les autobus du TEC (vues du 23 mars 2018).
|
Sart-Risbart
|
Landelijker kan bijna niet: een oude stelplaats ergens plompverloren op het Waals-Brabantse platteland. Zo kreeg Sart-Risbart, een gehucht van Opprebais (thans Incourt), enige naam met een NMVB-stelplaats juist buiten de woonkern, zowat halfweg op de buurtlijn van Jodoigne naar Gembloux. Al gauw kwam daar ook de aftakking van de zijlijn naar Chaumont-Gistoux en Chastre, dat zelf een stelplaats had, en nog heeft, maar dan voor bussen. Deze ‘eer’ was echter niet besteed aan Sart-Risbart, die na de sluiting in 1958 verkocht werd, en waarvan de gebouwen thans verschillende eigenaars hebben, zoals op zoveel andere plaatsen. Maar voor de rest is deze oude stelplaats zo goed als intact en nog steeds in goede staat. |
Le dépôt de Sart-Risbart, à mi-chemin sur l’ancienne ligne vicinale de Jodoigne à Gembloux et à l’intersection d’une antenne vers Chaumont-Gistoux et Chastre, se trouve en pleine campagne, à un jet de pierre du village - en fait un hameau d’Opprebais (aujourd’hui Incourt). Après l’abandon du service en 1958, les bâtiments ont étés vendus à deux propriétaires différents et sont aujourd’hui quasiment intacts et en fort bon état.
|
Jodoigne
Als vertrekpunt van de buurtlijnen naar Beauvechain/ Leuven, Dongelberg/Wavre, Dongelberg/Gembloux en Overhespen/St.Truiden was Jodoigne destijds een vrij belangrijke stelplaats. Na het einde van de laatste reizigersdienst in 1958 bleef ze nog 2 jaar in dienst, tot einde 1960, dankzij het bietentransport naar de suikerfabriek van Tienen via de lijn naar Overhespen. Vandaag dient ze als stelplaats voor de bussen van de TEC. Een wel stevig omheinde en goed afgesloten site, vandaar het beperkte aantal foto’s, maar toch genoeg om de overlevenden uit het buurttijdperk te kunnen vastleggen: de drie loodsen en het stationsgebouw, pal naast de sindsdien gebetonneerde bedding van ex-spoorlijn 142 (foto's hieronder op 25 februari 2017). De overige gebouwen, waaronder het waterreservoir, zijn verdwenen, evenals de brug over deze lijn, vlak achter de stelplaats, op een paar vage bermen na.
|
Mooi overzicht van de stelplaats Jodoigne van op de brug over spoorlijn 142, gemaakt door Frits van Dam op 7 november 1959 (foto nr.855).
In de verte herken je het thans nog bestaande stationsgebouw (hierna). |
Jadis point de départ des lignes vicinales vers Beauvechain, Wavre, Gembloux et Overhespen – cette dernière donnant accès à la raffinerie Tirlemontoise - le dépôt de Jodoigne garda depuis une certaine importance comme garage pour les autobus du TEC. Dûment clôturé, le site n’est pas accessible et nécessite quelques acrobaties afin de repérer les derniers survivants de l’ère vicinale: les trois remises accolées ainsi que la gare vicinale. Le reste a disparu, tout comme le passage supérieur croisant l’ancienne ligne SNCB 142, aujourd'hui dûment bétonnée, et du haut duquel la belle échappée sur le dépôt fut réalisée le 7 novembre 1959 (voir plus haut).
|
NAMUR |
ALLE-sur-SEMOIS - OIGNIES - CUL-DES-SARTS - MORVILLE - WARNANT - LESVE - FOSSES - MALONNE - ONOZ - MEHAIGNE - BIERWART - FORVILLE - OHEY - SOREE
ANDENNE-VILLE - WEPION |
Alle-sur-Semois
Oignies
De stelplaats Oignies, vlakbij het Franse departement Ardennes, lag aan het uiteinde van de amper 10 km lange buurtlijn uit Olloy-sur-Viroin, met overslag in het spoorwegstation aldaar, beide dorpen in een verre uithoek van de Entre-Sambre-et-Meuse. Desondanks kreeg dit buurtlijntje een volwaardige stelplaats, te oordelen naar de oude postkaart hierna: twee flinke loodsen, het waterreservoir met kolenberging, en heel in de verte, aan het uiteinde van het sporenemplacement, het stationsgebouw vlak tegen de dorpskern. Evenals in het verder gelegen Cul-des-Sarts, richting Chimay, werd dit alles opgetrokken in de grijze kalksteen uit de Calestienne, de kalkzoom rond Couvin en langs de vallei van de Viroin. Een volwaardig stationsgebouw, in tegenstelling tot het nochtans veel belangrijker Cul-des-Sarts. Ondanks zijn lokaal belang overleefde dit lijntje WO ll, en dit tot in 1954. Meteen het einde van deze stelplaats, al bleef ze nog vele decennia in dienst als busgarage, naar het einde toe voor nog slechts één enkele bus die 's morgens vroeg vertrok en pas op het einde van de dienst zijn loods weer opzocht. In de tussentijd ging het waterreservoir tegen de vlakte, maar de andere gebouwen staan er nog: beide loodsen tot voor kort in gebruik door een houtverwerkend bedrijfje, het mooie en stevige stationsgebouw als vakantiehuurwoning. Inmiddels zijn de bussen op hun beurt zo goed als verdwenen uit Oignies, op een paar school- en marktritten na vanuit de busgarage in Mariembourg.
|
|
Le dépôt de Oignies se trouvait au début de la petite ligne vicinale isolée vers Olloy-sur-Viroin, à moins de 10 km de là. Ce qui n'empêcha pas d'y ériger un dépôt complet, comme en témoigne la vue d'époque. Tout comme pour le dépôt voisin de Cul-des-Sarts, les bâtiments furent érigés en pierre calcaire grise de la région. Bien que la ligne fut d'importance strictement locale, Oignies subsista comme dépôt vicinal jusqu'en 1954. Après quoi le bus prit la relève: un seul qui, dans les années 70, quittait Oignies aux petites heures, pour n'y revenir qu'en fin de service. C'est à cette époque que le réservoir disparut sous la pioche des démolisseurs. Aujourd'hui le bus a son point d'attache à Mariembourg, pour la desserte de Oignies, limitée aux jours scolaires et de marché. La belle gare, bien plus imposante que celle de Cul-des-Sarts, aujourd'hui disparue, sert aujourd'hui de gîte de vacances, alors que jusqu'il y a peu les deux remises servaient à une petite entreprise travaillant le bois. |
Cul-des-Sarts
Op 12 april 1968 staan in CUL-DES-SARTS het stationnetje (geen goederenloods!) en de WC (rechts) er nog, maar de sporen zijn al enkele jaren uitgebroken, en vage plannen voor een buurtspoorwegmuseum zijn alweer opgeborgen. Op 19 november 2016 hebben ze al lang plaats geruimd voor een caravanpark, maar beide loodsen staan er nog, als feestzaal. De watertoren en het kolenmagazijn dienen nu als toeristisch infokantoor.
Begin 2020 was het terrein van het caravanpark echter verlaten.
|
Alors que depuis 1968 la petite gare et les toilettes ont cédé la place à un terrain de caravanes, les remises du dépôt de Cul-des-Sarts sont toujours là (aménagées en salle de fêtes), tout comme le château d'eau avec son dépôt à charbon (19 novembre 2016). Début 2020 les caravanes avaient toutefois disparu.
|
Morville
Tal van verlaten stelplaatsen kregen een nieuwe bestemming in de KMO-wereld, vooral dan de oude loodsen, ideaal als bedrijfs- en opslagruimte, vaak ook het stationsgebouw, doorgaans als bureel of handelsruimte. Als gevolg van verbouwingen en uitbreidingen zijn heel wat onder hen vandaag nog amper herkenbaar, o.a. hier in Morville, zowat halfweg op de voormalige buurtlijn Dinant-Florennes. In het huidige houtverwerkingsbedrijf werden twee van de drie loodsen tussen 2011 en 2017 door brand vernield en vervangen door een paar zielloze bunkers (hierboven). Op 2 januari 2017 staat de derde loods nog overeind, zij het aan beide zijden haast volledig ingesloten, terwijl de typische NMVB-gevel schuilgaat achter een weinig esthetische afvalinstallatie. Helemaal achteraan, volledig afgezonderd van dit bedrijf, vind je het vrijwel intacte stationsgebouw (hiernaast), geflankeerd door een grote garage die tot einde vorige eeuw twee à drie autobussen huisvestte van de betrokken vervangingsdienst. Nadien heeft een schrijnwerker daar zijn stek gevonden.
|
Scindé en deux parties distinctes, le dépôt de Morville héberge aujourd'hui deux entreprises du bois. Alors que l'une, plus modeste, s'est installée dans l'ancienne gare, toujours intacte, l'autre s'est développée autour des trois remises, dont, suite à un incendie, une seule subsiste à ce jour, à peine visible derrière les diverses installations (2 janvier 2017).
|
Warnant
|
Het typische silhouet van een waterreservoir, hier naast het NMBS-station Warnant op ex-lijn 150 door de vallei van de Molignée. De buurtlijn uit Lesve had hier echter geen stelplaats, hooguit een waterpomp voor de stoomloks voor ze de steile terugrit konden aanvatten. Na de opbraak van deze buurtlijn in 1953 bleef het eindstuk naar Warnant evenwel in dienst voor de zandgroeven bij het gehucht Rouchat (Bioul). Gelijk werd dit nutteloos geworden waterreservoir omgebouwd tot ‘garage’ voor de achtergebleven dieseltraktor. Na de sluiting van dit lijntje in 1961 bleef deze mini-stelplaats jarenlang onbeheerd achter (foto 14 april 1984). Vandaag is ze echter volledig opgeknapt en dient nu als woonhuis.
|
Lesve
De stelplaats Lesve lag op de in mei 1953 opgeheven elektrische buurtlijn van Namur naar Malonne en St-Gérard, amper enkele jaren nadat deze redelijk lange verbinding volledig geëlektrificeerd werd. Op dezelfde datum werd ook de (niet-elektrische) nevenlijn naar Warnant opgedoekt, zij het slechts tot Bioul (zie: stelplaats Warnant). Tot dan diende Lesve ook als stelplaats voor deze lijn die een eind verder, in Les Anges, van de hoofdlijn aftakte. Wel bleef Lesve decennia lang in dienst als busdepot, maar werd in de eerste jaren van deze eeuw dan toch als dusdanig opgegeven. Op de watertoren met kolenopslagplaats na zijn alle belangrijke gebouwen vandaag nog aanwezig, maar zijn nu eigendom van het houtbedrijf daar vlak naast.
|
Le dépôt de Lesve, sur la ligne électrique Namur-St.Gérard, servait également pour la ligne de Warnant dont la bifurcation se situait plus loin, au lieu-dit Les Anges. Toutes deux, et malgré l'électrification quelques années plus tôt, furent supprimées en mai 1953. Après un demi-siècle comme dépôt d'autobus, les batiments furent vendus à l'entreprise de bois voisine, sauf le château d'eau, démoli déjà bien avant.
|
Fosses
De stelplaats Fosses (destijds Fosse, thans Fosses-la-Ville) lag op het uiteinde van een buurtlijn uit Châtelet, een van de weinige van het uitgestrekte buutnet rond Charleroi die nooit geëlektrificeerd werd, en die voor de helft in de provincie Namur lag. Op deze weinig gekende buurtlijn, geopend in 1915, werd de reizigersdienst reeds in 1938 opgeheven. De goederenbediening verdween in 1943 op Presles-Fosses - meteen het einde voor deze stelplaats - en in 1950 op het Henegouwse gedeelte.
Overzicht van de voormalige stelplaats waarvan de lokomotievenloods (vooraan) goed herkenbaar is. Let op de recent toegevoegde toren aan het waterreservoir, met in de verte (helemaal links) het voormalige buurtstation. Tussenin enkele recente eengezinswoningen (14 februari 2017).
Belle enfilade des principaux bâtiments de l'ancien dépôt de Fosses (tout au fond à gauche, l'ancienne gare vicinale)
Belle enfilade des principaux bâtiments de l'ancien dépôt de Fosses (tout au fond à gauche, l'ancienne gare vicinale)
Vandaag is een groot deel van het emplacement van deze stelplaatrs ingenomen door een hele reeks woningen, al zijn de belangrijkste gebouwen nog steeds aanwezig. Aan de ene kant, vlakbij het voormalige NMBS-station, is het wit geverfde buurtstation (hieronder) in prima staat en thans bewoond. Aan het andere uiteinde werd het waterreservoir omgebouwd tot woning, zij het met toevoeging van een tweede toren met hetzelfde silhouet als het origineel. Daar rechtover zijn de drie remises zo goed als volledig in hun oorspronkelijk uiterlijk gebleven en dienen nu als opslagruimte voor de ondernemer die (zo te zien) in het oude reservoir zijn intrek genomen heeft.
|
|
Malonne
De stelplaats Malonne, op de buurtlijn van Namur naar St-Gérard, is een van de oudste van het voormalige buurtnet rond Namur. Ze kwam tot stand vlakbij de lokale haven langs de Sambre, op de plek waar oorspronkelijk een zijlijn naar Fosses voorzien was. Deze kwam er echter niet. De naam 'Malonne Port' werd wellicht gebruikt om het onderscheid te maken met de terminus 'Malonne Malpas', aan de andere kant van het dorp. Bij de elektrificatie van de buurtlijn werd de stelplaats uitgebreid met twee bijkomende loodsen, voorbij de afslag naar het dorp (de huidige rotonde) maar wegens plaatsgebrek aan de overkant van de rijksweg.
|
Links de oorspronkelijke stelplaats, richting Namur - hierboven dezelfde plek, zij het in de andere richting (mogelijk verving de 'villa' het stationsgebouw toen dit nog een busstelplaats was) - alleen het ronde venster in de puntgevel herinnert vandaag nog aan de buurtspoorweg van weleer (foto's 14 februari 2017).
|
Vandaag ga je het mooie homogene geheel van de oorspronkelijke stelplaats (foto links hierboven) niet als dusdanig terugvinden, tenzij dan de twee oorspronkelijke loodsen kant Namur (hieronder links) en de latere loodsen (kant dorp) (rechts) voorbij de rotonde waar de schijnbare rust van weleer heeft moeten wijken voor het drukke en bijwijlen chaotische wegverkeer.
Onoz
De stelplaats Onoz (prov.Namur), vlak naast het voormalige spoorwegstation Onoz-Spy, lag aan het uiteinde van de lange stadslijn 9 uit Namur, en van een niet-elektrische lijn uit Fleurus, waar eveneens een stelplaats lag, vandaag echter verdwenen. Na de jongste oorlog werden beide lijnen onderling verbonden, doorgetrokken naar Ransart/Charleroi en volledig geëlektrificeerd, om vanaf 1953 één lange buurtlijn te vormen tussen Charleroi en Namur. Amper 5 jaar later werd de dienst echter al ingekort, tot Velaine-sur-Sambre, al bleef de stelplaats (gelijk met het baanvak Velaine-Onoz) nog tot 1963 dienen als tramdepot. Vandaag staan alle gebouwen uit het elektrische tijdperk nog overeind, en blijft het emplacement actief als busdepot.
|
Tussen beide foto's hierboven is 30 jaar verlopen (1988-2018). De stelplaats is amper veranderd. Wel kwam er een wasinstallatie voor de bussen, en werd het hele emplacement omheind. De mast van de vroegere bovenleiding naast het stationsgebouw staat er vandaag nog steeds. Wel werd het NMBS-station inmiddels opgedoekt, en het tweede spoor van lijn 144 heel onlangs uitgebroken (2018).
|
Mehaigne
Deze stelplaats lag op de buurtlijn Eghezée - St-Denis-Bovesse. Alleen de loodsen staan er nog, als standplaats voor bussen van de TEC (14 februari 2017). Een deel van het terrein werd ingenomen om de N542 recht te trekken.
Les remises du dépôt de Mehaigne abritent aujourd'hui des bus du TEC. Les autres bâtiments ont disparu.
Bierwart
De stelplaats Bierwart lag precies halfweg tussen Andenne en Eghezée, loodrecht op de buurtlijn uit 1886, een van de eerste van de NMVB. Op de topografische kaart uit 1897 loopt een industriespoor van hieruit naar de rasperij van Hannêche, 2 km verder, meteen de aanzet voor de latere buurtlijn naar Burdinne (begin 20e eeuw). We gaan ervan uit dat Bierwart toen het onderspit heeft moeten delven voor de latere stelplaatsen Forville en Burdinne, elk op amper 4 km daar vandaan. Gelijk kwam er verderop, langs de baan naar Andenne, een uitgebreid overslagstation met een stationsgebouw waarvan de aparte stijl doet vermoeden dat deze er pas later kwam, wellicht na WO l.
|
Let op de ongewone structuur van deze stelplaats, een van de oudste van het buurtnet, met drie korte bakstenen loodsen die in elkaar lopen, haaks op de voormalige sporenbundel. Een van de 4 poorten (rechts) is nu dichtgemetseld, Het foeilelijke paneel van het bedrijf (thans vervangen) hebben we om esthetische reden weggemoffeld (foto 2 maart 2017). Remarquez la structure inhabituelle
de ce dépôt, vraisemblablement un des tout premiers du réseau vicinal: trois petites remises enchevêtrées dont les 4 portes se trouvent dans les flancs longitudinaux. Depuis, la porte de droite a été murée. |
Enkele jaren na de stopzetting van de laatste reizigersdiensten (ca.1957) werd een punt gezet achter de hele goederentrafiek rond Forville en Bierwart, toegespitst op het bietentransport. Allicht was de stelplaats toen al veel vroeger verlaten, maar de loodsen staan er vandaag nog - evenals het thans bewoonde stationsgebouw een eind verder - en worden nu gebruikt door een handel in tweedehands voertuigen. Het vroegere sporenemplacement daarnaast is volledig ingenomen door een benzinestation.
|
Les derniers convois pour voyageurs furent supprimés vers 1957, suivis quelques années plus tard par les trains de marchandises, essentiellement voués aux betteraves sucrières en arrière-saison.
Aujourd’hui les anciennes remises sont occupées par un commerce de voitures d’occasion, l’emplacement des voies par une station service, et la gare vicinale de la Rue d’Andenne sert d’habitation. |
Forville
De stelplaats Forville was het centrale knooppunt van het buurtnet in de Naamse leemstreek, op de kruising van de lijnen Andenne-Eghezée en Namur-Meeffe/Hannut. Meteen het laatste bastion van het goederenvervoer per buurtspoor in deze regio, naar het einde toe quasi uitsluitend gericht op het vervoer van suikerbieten, tot ca.1960. Zoals op tal van andere locaties is de stelplaats vandaag opgedeeld in twee aparte eenheden: het stationsgebouw is een particuliere woning geworden, gelijk met de vroegere werkplaats daar vlak naast, terwijl de twee loodsen hun stelplaatsfunctie behouden als busgarage voor de TEC.
|
Een volgeladen bietenkonvooi als laatste buurtspoorwegactiviteit in en rond de stelplaats Forville, hier tussen de werkplaats en het station - de reizigersdienst is al enkele jaren verbust (22 november 1958)
- foto Frits Van Dam (doc.Railations) - |
|
FORVILLE - meer dan 50 jaar na de opbraak van het spoor naar Eghezée is de voormalige overweg nog steeds goed zichtbaar in het beton van de Avenue de la Libération - rechts de voormalige werkplaats, rechtover het station (achter de bomenhaag) (11 oktober 2012)
Passage à niveau vers Eghezée dans le béton de l'Avenue de la Libération - à droite l'ancien atelier, en face de la gare (derrière la haie d'arbres) |
Ohey
|
De stelplaats Ohey, op de buurtlijn Andenne-Sorée (later doorgetrokken tot Ciney), kwam tot stand bij de aanleg van de dwarslijn Huy-Gesves-Courrière en overschaduwde hiermee de kleine stelplaats Sorée een eindje verder (zie hierna). De reizigersdienst uit Andenne verdween als laatste in 1957, weldra gevolgd door de goederentrafiek, waarna de stelplaats verder werd omgevormd tot busdepot, wat vandaag nog steeds het geval is, zij het voor de TEC, opvolger van de NMVB in Wallonië. Zoals de meeste vestigingen van de TEC is Ohey vandaag stevig omheind en afgesloten (foto's 2 maart 2017), zodat goede foto's daar vanbinnen niet vanzelfsprekend zijn, tenzij je geluk hebt met een inschikkelijke TEC-beambte. |
Sorée
De kleine stelplaats Sorée lag aanvankelijk aan het uiteinde van de buurtlijn uit Andenne, waar ook een stelplaats aanwezig was (Andenne-Ville). Pas later werd deze lijn verlengd naar Ciney. Maar intussen was aan de dorpsrand van Ohey, amper 4 km meer naar het noorden, een veel grotere stelplaats tot stand gekomen, gelijk met de ingebruikname van de dwarslijn Huy-Ohey-Courrière. Hierdoor speelde Sorée wellicht haar stelplaatsfunctie kwijt, al bleef de eigenlijke remise (annex woonhuis) door de jaren heen zo goed als intact, mogelijk als opslagplaats. Daar dit duidelijk een locomotievenloods was moet hier ook een waterreservoir geweest zijn, maar zoals bij de meeste stelplaatsen is deze al lang geleden verdwenen. Onlangs was de gemeente Gesves hier begonnen met de verbouwing tot een kinderdagverblijf, maar bij ons bezoek op 11 juli 2019 waren de werken zo te zien al een tijdje onderbroken.
|
Le petit dépôt de Sorée, situé au bout de la ligne vicinale originaire d'Andenne (et par après prolongée jusque Ciney) fut bien vite supplanté par le dépôt d’Ohey à deux pas de là. Vraisemblablement abandonné pas longtemps après, il resta néanmoins quasiment intact, probablement comme entrepôt, alors que l'indispensable réservoir à eau a disparu depuis bien longtemps déjà. Récemment, la commune de Gesves entreprit de l’aménager en garderie d’enfants, mais à l’été 2019 ces travaux étaient visiblement interrompus.
|
VERDWENEN STELPLAATS/DÉPÔT DISPARU EN PROVINCE DE NAMUR: Eghezée
De ce dépôt il ne reste plus de trace visible, et le site a complètement disparu.
Van deze stelplaats zijn geen overblijfselen gevonden en is het emplacement volledig verdwenen.
De ce dépôt il ne reste plus de trace visible, et le site a complètement disparu.
Van deze stelplaats zijn geen overblijfselen gevonden en is het emplacement volledig verdwenen.
Naar de overige pagina's van de Oude stelplaatsen / vers les autres pages des Anciens dépôts:
HAINAUT (Henegouwen) - LIÈGE & LUXEMBOURG - VLAANDEREN (Flandre)
HAINAUT (Henegouwen) - LIÈGE & LUXEMBOURG - VLAANDEREN (Flandre)