OUDE STELPLAATSEN IN WALLONIË
Anciens dépôts vicinaux en Région Wallonne
|
LIÈGE - LUXEMBOURG - NAMUR |
|
La Roche-en-Ardenne (prov.Luxembourg)
Deze stelplaats ligt op het uiteinde van de verbindingslijn tussen het station Melreux-Hotton en het toeristische stadje La Roche-en-Ardenne. Door haar ligging langs de rijksweg tussen beide centra moest in 1958 deze nochtans niet onbelangrijke buurtlijn verdwijnen om, zoals overal elders, wegverbreding mogelijk te maken. Alleen het eindtraject uit Vecpré, met de twee bruggen over de Ourthe, en de stelplaats aan het uiteinde ervan blijven over als laatste getuigen. Mooi gelegen langs een heuvelflank aan de rand van de stadskern zijn de meeste gebouwen vandaag nog aanwezig, en dienen in hoofdzaak als opslagruimte voor de plaatselijke openbare werken (foto's op 2 januari 2011 en 12 oktober 2018). De plannen om de buurtlijn van hieruit door te trekken naar Baconfoy, op de buurtlijn Marche-Bastogne, waren in een vergevorderd stadium en er was zelfs al een tracé vastgelegd, maar dit project ging dan toch niet door.
|
La plupart des bâtiments de ce dépôt, situé au bout de la ligne vicinale originaire de Melreux, sont toujours présents et servent essentiellement d’entrepôt pour les travaux publics locaux. Cette ligne succomba en 1958 afin de permettre l’élargissement de la route nationale le long de laquelle elle était tracée. Auparavant, un projet de prolongement vers Baconfoy (ligne Marche-Bastogne), pourtant très concret, resta sans suite. |
Liège
Mysterie, avontuur, nieuwe ontdekkingen, dit alles op onze zoektocht naar de voormalige NMVB-stelplaats Villencourt, wellicht de meest afgelegen van het toenmalige buurtspoorwegnet, op de buurtlijn van Val-St-Lambert (Seraing) naar Neuville en Clavier, hartje Condroz. Villencourt is geen dorp, niet eens een gehucht, maar een plek in het bos, in de gelijknamige vallei, ver van alle bewoning, op een verlaten hoeve na, en alleen bereikbaar via een hobbelig kasseitje. De stelplaats lag niet ver van de bekende kristalfabrieken, en wij nemen aan dat er in die industriële omgeving nergens anders voldoende ruimte was.
|
Al goed dat we op een oude stafkaart de site van deze langgerekte stelplaats eenduidig konden bepalen, want deze is vandaag volledig ingenomen door bos. Van beide loodsen valt niets meer te bespeuren, op een betonnen vloerplaat na, met daarin een opgevulde schouwput. Daarnaast de restanten van een dienstgebouwtje, met hier en daar wat bouwpuin rondom, grotendeels overwoekerd tussen het struikgewas (foto's hieronder). Je moet al heel goed weten wat je zoekt, en vooral wáár, om hierin de overblijfselen van de stelplaats Villencourt te herkennen. Na het einde van de spoorexploitatie in 1952 was het hele gebied rond de spoorlijn, tot Neuville, volledig afgesloten als privé jachtgebied, waarvan hier en daar nog afsluitingen te zien zijn, vooral langsheen het riviertje. Wat in die periode met de stelplaats zelf gebeurd is mag Joost weten.
Het hele tracé langs de Ruisseau de Villencourt en de Ruisseau du Fond du Bois de l’Abbaye (oef), geprangd tussen de steile wanden van deze diep ingesneden vallei, biedt een mooie asfaltloze wandeling van Val-St-Lambert tot in Neuville (Neupré), boven op het Condruzische plateau. 7 km lang ben je er vrijwel alleen, op een zeldzame wandelaar of fietser na. Een aanrader voor wie houdt van heerlijke rust langsheen een snelstromend riviertje, maar voorzie vanuit Neuville-en-Condroz wel een bus voor de terugkeer (TEC lijn 94) – tenzij je langs dezelfde weg terug naar af wilt.
|
Aujourd'hui, le tracé vicinal de 7 km en sous-bois, de Val-St-Lambert à Neuville (Neupré), vaut la randonnée, au fond de la vallée très encaissée des Ruisseaux de Villencourt et du Fond du Bois de l’Abbaye. Difficile toutefois de couper court, à moins de refaire le parcours complet en sens inverse. Sinon, prévoir un bus TEC (ligne 94) pour le retour depuis Neuville-en-Condroz.
. |
Comblain-au-Pont
Ook al is er hier en daar wat aan verbouwd, oogt de stelplaats van Comblain-au-Pont, op de voormalige buurtlijn naar Ouffet en Clavier, nog relatief intact. En als je niet te nauw kijkt vang je in een uithoek zelfs nog een glimp op van de ooit zo typische buurtspoorwegsfeer van weleer. Vandaag doet dit emplacement wel nog dienst als stelplaats, zij het voor de bussen van TCM, in opdracht van de Waalse TEC (foto's 2007, 2011 en 2017).
|
Stelplaats Envoz, halfweg tussen Bierwart en Statte (Huy), lag er op 1 maart 1972 verlaten bij. Ruim 40 jaar later zijn de verschillende gebouwen elk apart bewoond of in gebruik, maar heeft het stationsgebouw vooral aan straatkant zijn oorspronkelijk karakter behouden (11 oktober 2012).
Déjà à l'abandon en 1972, le dépôt d'Envoz (Couthuin) est aujourd'hui habité, mais garde en grande partie son caractère vicinal d'origine.
Déjà à l'abandon en 1972, le dépôt d'Envoz (Couthuin) est aujourd'hui habité, mais garde en grande partie son caractère vicinal d'origine.
Deze stelplaats van de Aachener Kleinbahn Gesellschaft (thans ASEAG) lag op de elektrische lijn Aachen-Eupen en op het eindpunt van deze uit Brand en Raeren, en kwam na WO1 onder beheer van de NMVB. Naar verluidt zouden er binnen in de loodsen nog sporen liggen (11 april 2017).
Cet ancien dépôt de l'AKB (devenue ASEAG par la suite), à l'intersection des lignes électriques Aachen-Eupen et Brand-Raeren-Eynatten,
passa sous le giron de la SNCV au lendemain de la première guerre. Il resterait encore des voies à l'intérieur des anciennes remises.
passa sous le giron de la SNCV au lendemain de la première guerre. Il resterait encore des voies à l'intérieur des anciennes remises.
Trooz
|
Op 22 augustus 1983 was de stelplaats TROOZ nog vrijwel intact, al werd deze normaalsporige buurtlijn uit Sprimont (en Poulseur) al in de jaren 30 uitgebroken. Vandaag echter staat alleen het stationsgebouw nog recht (12 april 2017).
Du dépôt de Trooz ne reste que la gare vicinale (12 avril 2017). 35 ans plus tôt le site était encore intact, alors que le démontage de la ligne vers Sprimont date déjà des années 30. |
Hannut
Jarenlang bleven de oude buurtspoorwegloodsen in het Haspengouwse Hannut discreet doch stijlvol overeind, hier op 11 oktober 2012. Tot de eigenaar-zaakvoerder er genoeg van kreeg en enkele jaren geleden dit allemaal liet platgooien. Op deze plek verrijzen nu moderne constructies, maar die kunnen ons niet bekoren. Blijft dus alleen nog het oude buurtspoorwegstation over, enigszins aan het oog onttrokken te midden van het dicht begroeide deel van het oude emplacement.
Waremme
|
Veel beweging valt hier op 18 november 2009 niet meer te bespeuren. Hoe kan men zich nog voorstellen hoe druk het was hier in WAREMME, elk najaar opnieuw? Nochtans draait de suikerbietencampagne in Haspengouw dan op volle toeren. Maar de rasperij even verderop is al enkele decennia dicht – en intussen uit het landschap verdwenen, zoals voordien ook de buurtspoorlijnen én de stelplaats. Het personeel, de sporen, de werkplaats, de stelplaats, een na een verdwenen ze. Alleen het stationsgebouw en een goederenmagazijn bleven overeind en vonden een andere gebruiker. Tot ook deze er de brui aan gaf – tenzij de brand in het verlaten gebouw daar voor iets tussen zat. Hoe dan ook, in 2009 stond dit relict uit een ander tijdperk eenzaam te verkommeren, vlak naast het gerenoveerde NMBS-station, en oogde de toekomst hoogst onzeker. En inderdaad, enkele jaren later werd de hele site platgelegd voor een nieuwe woonblok en een bijkomend parkeerterrein voor... treinforensen. |
Oreye
De buurtspoorwegstelplaats Oreye, zowat halfweg op de 35 km lange elektrische buurtlijn tussen Liège en St-Truiden, was ook het vertrekpunt van de zijlijnen naar Waremme en Borgloon/Kortessem. Zoals op tal van andere locaties werd ook deze stelplaats in twee gedeeld. Vooraan het stationsgebouw en zowat een derde van het emplacement ten behoeve van de TEC-bussen. Achteraan, op de rest van het uitgestrekte stelplaatsterrein waarop een bouwonderneming zich gevestigd heeft, bevonden zich de rijtuig- en locomotiefloodsen, waarvan op 19 april 2018 alleen deze laatste nog overeind stond, terwijl de twee andere duidelijk nog maar pas waren afgebroken. Langs de zijkant staat nog steeds de oude waterpomp met kolenmagazijn, en pal in het midden van het hele emplacement het wel heel opvallende gebouw van (wat wij aannemen) het voormalige elektrische onderstation. Welk lot de resterende gebouwen van deze al bij al nog vrij volledige stelplaats beschoren is zal ons wellicht pas later dit jaar duidelijk worden.
Van de eerste stelplaats, destijds opgericht door de compagnie Ans-Oreye, amper 150 meter verderop richting Liège, blijft niets meer over, en het emplacement is vandaag volledig ingenomen door bewoning en achtertuinen. Du dépôt vicinal d’Oreye, jusqu’il y a peu encore relativement intact, seul le premier tiers sert encore pour les bus du TEC, y compris l’ancienne gare vicinale. Le reste de ce vaste emplacement est occupé par une entreprise de constrcution qui, très récemment, a entrepris de démolir les anciennes remises situées tout au fond. Lors de notre passage, seule la remise des locomotives était encore debout, ainsi que le château d’eau et le magasin à combustibles. Remarquons encore le curieux bâtiment de (ce que nous supposons être) l’ancienne sous-station électrique de la ligne vicinale de Liège à St-Truiden, avec embranchements non-électrifiés vers Waremme et Borgloon. Du premier dépôt, un peu plus loin côté Liège, érigé par la compagnie Ans-Oreye au début de l’exploitation, il n'en reste plus rien.
|
Luxembourg
Wellin
De stelplaats Wellin lag op de lijn van Rochefort naar Grupont, met aftakking naar Daverdisse en Graide, en als dusdanig het centrum van de kleine 'Groupe de Wellin'. Begin deze eeuw was de stelplaats zelf nog relatief intact (foto hiernaast, op 15 augustus 2000). Sindsdien echter werden het oude waterreservoir, twee loodsen en de meeste dienstgebouwen afgebroken om plaats te maken voor o.m. een supermarkt. Wel dient de laatste loods vandaag nog steeds als busgarage voor de TEC.
Du dépôt de Wellin, sur la ligne de Rochefort à Grupont et Graide, encore quasi intact au début de ce siècle, une bonne partie des bâtiments (ci-contre) ont depuis étés démolis, laissant la place à un supermarché. La dernière remise sert toutefois de garage pour les autobus du TEC. |
WELLIN - resp. het stationsgebouw (15 augustus 2000), het aanpalende goederenmagazijn (nu een bakker) en de laatste loods (1 augustus 2017)
Baconfoy
De lange buurtspoorweglijn van Marche naar Bastogne kreeg niet minder dan 4 stelplaatsen: één aan elk uiteinde (Marloie en Bastogne) en één zowat in het midden, in Baconfoy (Tenneville). Later, bij de aanleg van de zijlijn naar Libramont (en daarna ook naar St-Hubert), kwam er nog één bij in Amberloup, twee dorpen verder dan Baconfoy waarvan de stelplaats zich geleidelijk overvleugeld zag door de nieuweling. Vandaag is Amberloup nog steeds actief, zij het als busdepot. Naar de stelplaats Baconfoy zul je echter vergeefs zoeken. Ze werd het slachtoffer van de verbreding van de N4 en de wildgroei aan handelszaken op die plek. Of toch… Wanneer je goed zoekt vind je een van de typische bouwstijlen terug van de toenmalige NMVB in wat vroeger de voorgevel was van een van de loodsen. Vandaag is dit een voertuigenhandel die ook de dwarsvleugel (achter de rode wagen) liet bijzetten. Van de overige gebouwen hebben we geen restanten meer gevonden (24 juli 2015).
|
De stelplaats ETHE lag aan het uiteinde van de rond 1936 opgedoekte buurtlijn uit Arlon. Op 15 juli 2003 lagen beide loodsen er verlaten bij. De locomotiefloods (rechts) werd sindsdien afgebroken, de andere loods is thans opgeknapt en bewoond. Het stationsgebouw - niet verwarren met het al lang geleden afgebroken NMBS-station daar vlakbij - staat nu op zijn beurt te verkommeren (3 maart 2017).
Une des remises du dépôt de Ethe (2003) est aujourd'hui restaurée et habitée, alors que la gare vicinale est à l'abandon (3 mars 2017).
Une des remises du dépôt de Ethe (2003) est aujourd'hui restaurée et habitée, alors que la gare vicinale est à l'abandon (3 mars 2017).
|
Namur
Deze tot op heden goed bewaarde stelplaats ligt vlak buiten het dorp, aan het einde van de buurtlijn uit Gedinne en Bohan. Na de spooruitbating bleef ze in gebruik als busdepot, tot in 2009. Beide loodsen huisvesten thans de lokale brandweer (12 juli 2013).
Les remises du dépôt vicinal de Alle, fort bien conservé, abritent aujourd'hui le service incendie de la commune de Vresse-sur-Semois.
Cul-des-Sarts
Op 12 april 1968 staan in CUL-DES-SARTS het goederenmagazijn en de WC (rechts) er nog, maar de sporen zijn al enkele jaren uitgebroken, en vage plannen voor een buurtspoorwegmuseum zijn alweer opgeborgen. Een halve eeuw later (19 november 2016) hebben ze plaats geruimd voor een caravanpark, maar beide loodsen staan er nog, als feestzaal. De watertoren en het kolenmagazijn dienen nu als toeristisch infokantoor.
Alors que depuis 1968 la halle aux marchandises et les toilettes ont cédé la place à un terrain de caravaning, les remises du dépôt de Cul-des-Sarts sont toujours là, tout comme le château d'eau avec son dépôt à charbon (19 novembre 2016).
Morville
Tal van voormalige stelplaatsen kregen een nieuwe bestemming in de KMO-wereld, vooral dan de oude loodsen, ideaal als bedrijfs- en opslagruimte, maar vaak ook het stationsgebouw, doorgaans als bureel of handelsruimte. Als gevolg van verschillende verbouwingen en uitbreidingen zijn heel wat onder hen vandaag nog amper herkenbaar, o.a. hier in Morville, zowat halfweg op de voormalige buurtlijn Dinant-Florennes. In het huidige houtverwerkingsbedrijf werden twee van de drie loodsen enkele jaren geleden afgebroken en vervangen door een paar zielloze bunkers (helemaal links). Op 2 januari 2017 staat de derde loods nog overeind, zij het aan beide zijden haast volledig ingesloten, terwijl de typische NMVB-gevel schuilgaat achter een weinig esthetische afvalinstallatie.
Helemaal achteraan, volledig afgezonderd van dit bedrijf, vind je het vrijwel intacte stationsgebouw (foto hiernaast), geflankeerd door een grote garage die tot einde vorige eeuw twee à drie autobussen huisvestte van de betrokken vervangingsdienst. Vandaag heeft een schrijnwerker daar dan toch zijn stek gevonden. Scindé en deux parties distinctes, le dépôt de Morville héberge aujourd'hui deux entreprises du bois. Alors que l'une, plus modeste, s'est installée dans l'ancienne gare, toujours intacte, l'autre s'est développée autour des trois remises, dont une seule subsiste à ce jour, à peine visible derrière les diverses installations (2 janvier 2017).
|
Forville
De stelplaats Forville was het centrale knooppunt van het buurtnet in de Naamse leemstreek, op de kruising van de lijnen Andenne-Eghezée en Namur-Meeffe/Hannut. Meteen het laatste bastion van het goederenvervoer per buurtspoor in deze regio, naar het einde toe quasi uitsluitend gericht op het vervoer van suikerbieten, tot ca.1960. Zoals op tal van andere locaties is de stelplaats vandaag opgedeeld in twee aparte eenheden: het stationsgebouw is een particuliere woning geworden, gelijk met de vroegere werkplaats daar vlak naast, terwijl de twee loodsen hun stelplaatsfunctie behouden als busgarage voor de TEC.
|
Een volgeladen bietenkonvooi als laatste buurtspoorwegactiviteit in en rond de stelplaats Forville, hier tussen de werkplaats en het station - de reizigersdiensten zijn al enkele jaren verbust (22 november 1958)
- foto Frits Van Dam (fotoarchief Railations) -. |
|
FORVILLE - meer dan 50 jaar na de opbraak van het spoor naar Eghezée is de voormalige overweg nog steeds goed zichtbaar in het beton van de Avenue de la Libération - rechts de voormalige werkplaats, rechtover het station (achter de bomenhaag) (11 oktober 2012)
Ancien passage à niveau vers Eghezée dans le béton de l'Avenue de la Libération - à droite l'ancien atelier, en face de la gare (derrière la haie d'arbres). |
Mehaigne
Deze stelplaats lag op de buurtlijn Eghezée - St-Denis-Bovesse. Alleen de loodsen staan er nog, als standplaats voor bussen van de TEC (14 februari 2017). Een deel van het terrein werd ingenomen om de N542 recht te trekken.
Les remises du dépôt de Mehaigne abritent aujourd'hui des bus du TEC. Les autres bâtiments ont disparu.
Onoz
De stelplaats Onoz (prov.Namur), vlak naast het voormalige spoorwegstation Onoz-Spy, lag aan het uiteinde van de lange stadslijn 9 uit Namur, en van een niet-elektrische lijn uit Fleurus, waar eveneens een stelplaats lag, vandaag echter verdwenen. Na de jongste oorlog werden beide lijnen onderling verbonden, doorgetrokken naar Ransart/Charleroi en volledig geëlektrificeerd, om vanaf 1953 één lange buurtlijn te vormen tussen Charleroi en Namur. Amper 5 jaar later werd de dienst echter al ingekort, tot Velaine-sur-Sambre, al bleef de stelplaats (gelijk met het baanvak Velaine-Onoz) nog tot 1963 dienen als tramdepot. Vandaag staan alle gebouwen uit het elektrische tijdperk nog overeind, en blijft het emplacement actief als busdepot.
|
Tussen beide foto's hierboven is 30 jaar verlopen (1988-2018). De stelplaats is amper veranderd. Wel kwam er een wasinstallatie voor de bussen, en werd het hele emplacement omheind. De mast van de vroegere bovenleiding naast het stationsgebouw staat er vandaag nog steeds. Wel werd het NMBS-station inmiddels opgedoekt, en het tweede spoor van lijn 144 heel onlangs uitgebroken (2018).
Le dépôt d'Onoz, jadis situé sur la longue mais éphémère ligne électrique Charleroi-Namur, est toujours actif, quoique comme dépôt d'autobus. Apparemment, tous les bâtiments de la période électrique sont toujours en place comme bureau, garage et atelier d'entretien pour les autobus du TEC.
|
Warnant
Het typische silhouet van een waterreservoir van de NMVB, hier naast het station WARNANT op wijlen NMBS-lijn 150 door de vallei van de Molignée. De buurtlijn uit Lesve had hier geen stelplaats, hooguit een waterpomp waaraan de stoomloks zich konden laven vooraleer de steile terugrit aan te vatten. In 1953 werd deze schilderachtige buurtlijn echter opgebroken, behalve het eindstuk naar Warnant dat in dienst bleef voor de bediening van een paar plaatselijke zandgroeven bij het gehucht Rouchat (Bioul). Omdat de stelplaats Lesve niet langer bereikbaar was werd het nutteloos geworden waterreservoir omgebouwd tot ‘garage’ voor de achtergebleven dieseltraktor. Deze mini-stelplaats overleefde de sluiting van het lijntje in 1961 maar bleef jarenlang onbeheerd achter (foto 14 april 1984). Vandaag is het gebouwtje echter volledig opgeknapt en dient nu als woonhuis.
|
Terug naar de hoofdpagina van de OUDE STELPLAATSEN IN WALLONIË
Retour à la page des ANCIENS DÉPÔTS EN WALLONIE (Brabant Wallon et Hainaut)
Retour à la page des ANCIENS DÉPÔTS EN WALLONIE (Brabant Wallon et Hainaut)