BUURTSPOORWEGEN |
|
Onze zoektocht naar spoorse relicten heeft ons ook tal van overblijfselen van de voormalige buurtspoorwegen opgeleverd die we voortaan in deze aparte rubriek ‘Buurtspoorwegen’ onderbrengen. Let wel, met de nadruk op de restanten van dit ooit zo uitgestrekte spoorwegnet, en niet, zoals men zou kunnen denken, op het al dan niet bewaarde rollend materieel ervan. Daarover bestaan genoeg documenten en publicaties, uiteraard ook digitaal, al moeten we wel vaststellen dat de basisinfrastructuur van dit alles maar al te vaak onderbelicht blijft. Vandaar deze poging om, voor zover mogelijk, deze leemten wat op te vullen. In deze rubriek worden de door ons reeds gepubliceerde gegevens over de buurtspoorwegen gegroepeerd en verder aangevuld. Gelijk werden ook de bestaande dossiers hier ondergebracht, en zullen vanuit de huidige rubrieken zoals ‘oude tracés’, ‘tunnels’, ‘stations’, enz. de nodige links de continuïteit en de thematische samenhang zo goed mogelijk in stand trachten te houden. |
In eerste instantie vind je hierna een aantal BRUGGEN en VIADUCTEN op het voormalige buurtnet, over het water of over het spoor, gevolgd door een paar losse items met betrekking tot de Buurtspoorwegen. In bijlage vind je de dossiers over de oude BUURTSPOORWEGSTATIONS, de site van BOHAN, het circuit op de CITADELLE te Namur, de buurtspoorwegtracés van Bastogne naar MARTELANGE, van Nivelles naar SOIGNIES en naar VIRGINAL/REBECQ, alsook het almaar groeiende dossier over de OUDE STELPLAATSEN: in Vlaanderen, in Vlaams-Brabant, in Henegouwen, in Waals-Brabant en Namur, en in de rest van Wallonië.
Essentiellement consacrée aux vestiges de l'immense réseau vicinal, et non à son matériel roulant - rescapé ou non - cette rubrique n’a d’autre ambition que de combler les nombreuses lacunes existant à ce jour, l’infrastructure de ce réseau ayant trop souvent été le parent pauvre de bon nombre d'ouvrages consacrés aux anciens vicinaux. Cette rubrique regroupe et complète les données déjà publiées ici concernant les vicinaux belges, tout en y incluant la série de dossiers déjà élaborés à ce sujet. Ainsi, vous trouverez ci-après plusieurs OUVRAGES D'ART de l'ancien réseau vicinal par-dessus un cours d'eau ou une ligne de chemin de fer, suivis de quelques sujets épars concernant les Vicinaux. En annexe, les dossiers sur les anciennes GARES VICINALES, le site de BOHAN, le circuit de la CITADELLE de Namur, les anciens tracés de Bastogne à Martelange, de Nivelles à SOIGNIES et à VIRGINAL/REBECQ, et le gros dossier des ANCIENS DÉPÔTS VICINAUX. |
Buurtspoor over het water
Chanxhe en het 'Canal de l'Ourthe'
Mooi is hij niet, en opvallend evenmin, discreet weggemoffeld tussen de weelderige begroeiing. Zijn belang is veeleer van historische aard. Een van de weinige kunstwerken op de in 1965 gesloten normaalsporige goederenlijn van Poulseur naar Sprimont (en voordien ook naar Trooz), meteen een van de allerlaatste buurtlijnen in de provincie Liège. En bovendien over wat overblijft van het ontmantelde Canal de l'Ourthe, eerste aanzet tot het nooit aangelegde kanaal naar het Groothertogdom Luxembourg. Vergis je echter niet: de mooie brug in metselwerk er vlak naast (12 april 2017) is dat van de baan naar Sprimont, dat de buurtlijn een eind verderop gedwee zou volgen, na een gezamenlijke brug over de Ourthe.
|
|
Bilzen een van de laatste in Vlaanderen
Deze bakstenen brug over de bovenloop van de Demer is een van de weinige stenen kunstwerken van enig formaat op het Vlaamse buurtnet van weleer en, voor zover wij konden nagaan, een van de laatste overlevenden in Vlaanderen, samen met de brug over de Zwarte Beek in Diest - de ruïne van Groot-Loon niet te na gesproken. Hij werd rond 1910 gebouwd voor de 50 km lange buurtlijn van Genk en Zutendaal naar Riemst, Bitsingen en Herstal, bij Luik. Maar terwijl het baanvak voorbij Riemst kort na de oorlog geëlektrificeerd werd (en amper 10 jaar later dan toch werd opgedoekt), sneuvelde het noordelijk deel in de beginjaren 50, zoals de meeste Limburgse buurtlijnen die de oorlog overleefd hadden. Gelukkig werd deze mooie brug met dubbele opening later gerestaureerd en is de voormalige spoorzate richting Spouwen en Riemst over zowat 1 km bewandelbaar, doorheen het Park Katteberg, tot aan de Alden Biesensingel ten zuiden van de stad (28 mei 2009).
|
Le pont à double ouverture de Bilzen, sur le cours supérieur du Demer, fut construit vers 1910 pour la longue ligne vicinale de Genk à Herstal (50 km). Alors qu'au lendemain de la dernière guerre la section au-delà de Riemst (vers Liège) fut électrifiée, sa partie nord fut abandonnée peu après. Heureusement, le pont joliment restauré fait maintenant partie d'un agréable parcours ombragé d'un km environ sur l'ancien tracé vicinal.
|
La Roche-en-Ardenne het raadsel van de twee spoorbruggen
Twee relatief smalle bruggen over de Ourthe, allebei gebouwd op enorm brede pijlers. Zo te zien is hier lang geleden iets verdwenen. Een tweede ligger, parallel aan de eerste? Een veel bredere brug, om een onbekende reden afgebroken? Tot je je dan realiseert dat beide kunstwerken pal op het tracé liggen van de voormalige buurtlijn uit Melreux naar La Roche-en-Ardenne. En dat deze spoorzate, thans geasfalteerd als lokale weg, amper breder is dan deze bruggen. Alleszins niet breed genoeg om brughoofden en -pijlers van dergelijke omvang te verklaren. Tenzij misschien met het oog op de omvorming van dit buurtspoor tot een volwaardige spoorlijn? Uitgesloten.
Nee, een verklaring hebben we niet, hooguit enkele gissingen. Deze buurtlijn, gebouwd in 1886-87 om vanaf het station Melreux het toen al toeristische La Roche te ontsluiten, is een van de oudste van het Belgische buurtnet, en werd bijna volledig aangelegd pal langs de hoofdbaan. Alleen voor de laatste twee kilometer kwam er een eigen tracé, omdat de toegang tot het stadje te smal en ook te steil was voor de toenmalige stoomloks. En daar de buitenoever van de Ourthe op die plek ook al zo smal en steil is, moest het buurtspoor dan maar meteen de rivier over (hiernaast), en wat verder nog eens, om ter hoogte van Cielle de zachte binnenoever te kunnen volgen, tot het eindstation (en stelplaats) La Roche.
|
DE EERSTE BRUG (12 oktober 2018)
|
DE TWEEDE BRUG (Cielle) (24 juli 2015)
|
Beide kunstwerken zijn behoorlijk lang: de eerste, vlak na de hoofdbaan ter hoogte van Beausaint, steekt schuins de Ourthe over, de tweede (niet ver van Cielle) omdat de rivier daar een stuk breder is. Uit een oude prentkaart (hierna) leiden we af dat het telkens metalen kooibruggen waren.
Maar tijdens het Ardennenoffensief van 1944-45 kreeg La Roche het zwaar te verduren, en sneuvelden ook beide kooibruggen. Het duurde echter tot juli 1946 eer de spoorlijn hersteld was, ditmaal met deze twee disproportionele betonnen bruggen. Dat het anderhalf jaar geduurd heeft om de buurtlijn te heropenen kan betekenen dat men het spoorwegtracé eerst heeft willen gebruiken als wegalternatief voor de nauwe doorgang naar het verwoeste stadje. Maar niet waarom de brughoofden en -pijlers zo breed moesten zijn.
|
Tenzij deze ruwe constructies (o.a. hierboven) eerst moesten dienen voor te brede noodbruggen, en de huidige liggers er pas later kwamen, in 1946. Of nog met het oog op een tweede toegangsweg tot La Roche, al dan niet met de buurtlijn ernaast?
Intussen is het spoor al 60 jaar opgebroken, en in tegenstelling tot wat de NGI-kaarten ons vertellen dient de eerste brug alleen nog voor plaatselijk verkeer (Rue des Echavées), en mag de tweede - vlak naast een grote camping langs de Ourthe - slechts in één richting bereden worden wegens... te smal.
Intussen is het spoor al 60 jaar opgebroken, en in tegenstelling tot wat de NGI-kaarten ons vertellen dient de eerste brug alleen nog voor plaatselijk verkeer (Rue des Echavées), en mag de tweede - vlak naast een grote camping langs de Ourthe - slechts in één richting bereden worden wegens... te smal.
Deux tabliers de pont fort étroits posés sur des piliers démesurément larges sur l’ancien tracé vicinal depuis Melreux, peu avant La Roche-en-Ardenne. Disposition bizarre qui pourrait évoquer une mise à double voie avortée sur le ‘grand’ réseau, ce qui est franchement exclu sur une ligne vicinale. Or il se fait que, lorsque la bataille des Ardennes (1944-45) mit à mal la cité de La Roche ainsi que le réseau routier tout autour, ces deux ouvrages traversant l’Ourthe furent eux aussi détruits. Pourtant, le trafic ferroviaire ne fut rétabli qu’en juillet 1946, ce qui donne à penser que deux ouvrages provisoires furent construits afin de rétablir les communications lors de la reconstruction, leur largeur justifiant ces piliers hors mesure. Et ce n’est que par après, lorsque ces tabliers de fortune hors mesure furent retirés, qu’on aurait posé les tabliers actuels afin de rétablir le trafic vicinal. Bien-entendu, ce n’est là qu’une conjecture, sans plus, et toute explication valable mérite notre attention. Notons enfin qu’après le démontage de la ligne vers 1960, la plate-forme ferroviaire fut récupérée et par après goudronnée comme chemin local, aujourd’hui à sens unique vu l’étroitesse de la plate-forme vicinale et… de ces deux ouvrages. |
Aandoren (Tienen)
Evengoed als bij de 'grote' spoorweg werden ook bij de buurtspoorwegen hier en daar tracés gewijzigd, een ingreep die meer dan eens gepaard ging met de bouw van een nieuw kunstwerk, doorgaans over een waterloop of een spoorlijn. Veel blijft daar vandaag niet meer van over: ofwel is de brug afgebroken, ofwel de spoorberm afgegraven, of nog allebei. Nochtans kom je mits wat zoekwerk toch nog wat restanten tegen, alle landschapsingrepen, ’saneringen’ en urbanisatieprojecten ten spijt.
Zo heb je in Vlaams-Brabant de sites van Haacht-Station (spoorweg) en Kampenhout-Sas (kanaal) (zie verder), waar telkens de brug verdwenen is en je mits wat zoekwerk nog wat restanten vindt van de opgehoogde bermen in het omliggende kreupelhout. In Tienen daarentegen is de betonnen boogbrug van Aandoren, schuins over de Gete vlakbij de suikerfabriek, al die tijd intact gebleven en sinds 1996 zelfs beschermd als monument. Hij werd begin WO II gebouwd op een nieuw tracé van de buurtspoorlijn naar St-Truiden. Deze was duidelijk bedoeld om het (toen al?) drukke kruispunt vlakbij de suikerfabriek te ontwijken, mogelijk met het oog op een nieuwe industriële spooraansluiting naar het bedrijf, dwars op de rijksweg naar St-Truiden. Deze spoorverbinding werd trouwens aangelegd pal naast de buurtspoorlijn richting Grimde, en maakte ook gebruik van het pas verlaten gedeelte ervan, rechtover de fabriek.
|
TIENEN (Aandoren) : 1. eerste buurtspoorwegtracé - 2. tweede tracé - 3. brug over de Gete - 4. Industriespoor naar Grimde
|
Al dit moois is al een paar decennia uit het landschap verdwenen, op één uitzondering na: de boogbrug over de Gete als laatste getuige. Met zijn overspanning van ruim 20 m kun je hem gerust beschouwen als het kleine broertje van dat van Kampenhout-Sas, gebouwd in zowat dezelfde periode (zie verder).
|
|
Kampenhout Sas (verdwenen)
Een betonnen brug van de voormalige buurtspoorwegen zoals je er amper nog een zult vinden. Hier over de Leuvense vaart op 5 mei 1973, op een van de drie ‘kronkels’ van de grotendeels kaarsrechte buurtlijn van Brussel naar Haacht: Diegem, Haacht-Statie en hier in Kampenhout-Sas (zie plannetje). Aanvankelijk reed de stoomtram over de vaart via een draaibrug op de kruising met de steenweg Leuven-Mechelen. Na de jongste oorlog kwam er echter een nieuw tracé met een dubbele kronkel waarmee de inmiddels elektrisch geworden tram zich over het kanaal en onder de steenweg door slingerde als een voor die tijd heuse sneltram. Helaas lag deze buurtlijn zo goed als volledig naast de Haachtsesteenweg en moest ze in 1960 plaats ruimen voor de verbreding ervan ten dienste van het wegverkeer, zoals bijna overal in het land.
In 1973 lag deze sierlijke brug er nog, inclusief de beugels van de verdwenen bovenleiding. Maar amper een paar jaar later moest dit ‘nutteloos’ geworden kunstwerk op zijn beurt verdwijnen. Niet voor de verbreding van het kanaal, maar in het kader van de dringend geworden restauratie van de barslecht geworden kanaaloevers (zie foto). Nu het plan voor de (her)aanleg van een (snel)tram richting Haacht dan toch zo nu en dan de kop opsteekt, zoals het monster van Loch Ness, kan de afbraak van deze brug allicht ‘voorbarig’ blijken, ook al is het inmiddels al 45 jaar geleden. Maar of een hedendaagse sneltram – als die er ooit komt – zich nog op zo’n bochtig parcours zou kunnen slingeren is hoogst twijfelachtig. Een identieke brug vind je vandaag nog over de Samber in Merbes-le-Château.
|
KAMPENHOUT-SAS - Vroeger stak de stoomtram (groene lijn) het kanaal over op een draaibrug (hierna). Na WO II kreeg de tram een eigen S-vormig tracé (rode lijn), met aparte brug over het kanaal.
|
Chassepierre
|
Met uitzondering van het brongebied en de bovenloop in de omgeving van Arlon vormt de Semois een geduchte hindernis, zeker voor de spoorwegen, maar ook voor de buurtspoorlijnen. Toch kon ze deze laatste niet beletten meer dan eens haasje over te spelen met haar kronkelige loop, niet alleen tussen Membre en Bohan, maar ook in Chassepierre, vlakbij Florenville, waar twee kunstwerken kort achtereen, op nog geen 500 meter van elkaar, de buurtlijn Marbehan-Ste.Cécile toelieten dit schilderachtige dorp met zijn smalle straten te omzeilen. Vooral het eerste kunstwerk springt in het oog, een sierlijk viaduct met drie metalen brugdekken gedragen door vier brede pijlers, telkens geflankeerd door twee torentjes in namaak middeleeuwse stijl. In de eerste dagen van WO II werden de drie brugdekken door het Belgische leger opgeblazen, en daarna nooit meer hersteld. De vier brugpijlers bleven echter zo goed als intact in het landschap achter, (hieronder foto 1, 24 juli 1967), maar ondergingen langzaam maar zeker de onverbiddelijke tand des tijds. |
|
Meer dan 40 jaar later waren de trotse pijlers verworden tot zielige bouwvallen en zag de toekomst van het zieltogende viaduct er ogenschijnlijk somber uit (foto 2 en beide foto's hieronder, 20 augustus 2010) . Toch was de redding nabij. Ruim twee jaar later werd hun restauratie aangevat met het oog op het herstel van de oversteek, deze keer voor voetgangers en tweewielers. Medio 2013 mochten de gedeeltelijk gerestaureerde pijlers het nieuwe doorlopende brugdek in ontvangst nemen (foto 3, 12 juli 2013). Kort daarna kwam de nieuwe verbinding in gebruik. Over het hele opzet en de esthetiek ervan zullen de meningen allicht verdeeld zijn. Feit is wel dat de afbrokkelende viaductruïne op die manier van de totale ondergang gered werd.
Het tweede kunstwerk oogt duidelijk minder fraai. Mogelijk werd het in 1940 eveneens onklaar gemaakt, maar omdat het tegelijk in gebruik was voor een lokale verbindingsweg bleef het daarna dan toch behouden ten behoeve van de plaatselijke bevolking. |
Le 'pont' vicinal de Chassepierre était en fait un viaduc à trois tabliers métalliques, reposant sur quatre larges piliers, chacun gardé par deux tourelles d'aspect médiéval. Ce remarquable ouvrage permettait à la ligne vicinale de Marbehan à Ste-Cécile de contourner le village aux rues étroites par une boucle franchissant la Semois à deux reprises. Dynamité en juin 1940, il ne fut jamais reconstruit. Subissant les outrages du temps d'année en année, les piliers se dégradaient de plus en plus (vues ci-devant, le 20 août 2010). Jusqu'au jour où l'on décida de les restaurer, du moins partiellement, afin d'y établir un passage à l'usage des piétons et des deux-roues (voir plus haut la succession de trois vues datant respectivement de 1967, 2010 et 2013). L'autre ouvrage, livrant également passage à une petite route, fut probablement endommagé lui aussi. Quoi qu'il en soit, il continua par après de servir à l'usage de la population locale.
|
Goé (Béthane)
Tot in 1963 reed vanuit Dolhain (Limbourg) een heuse stoomtram, op normaalspoor nog wel, al werd hij enkel nog gebruikt om goederenwagons te slepen, vroeger tot Eupen, op het laatst nog slechts tot Goé. Daar moest hij via dit viaduct de Vesdre over, in het gehucht Béthane, tot in het bedrijf op de andere oever (thans Corman). Nadat de sporen waren verwijderd kwam er asfalt in de plaats. Maar de toestand van het kunstwerk en vooral van de betonnen pijlers in de rivier is zorgwekkend. Vandaag is hij trouwens afgesloten (28 nov. 2014) en kan men enkel nog naar de overkant via de brug rechts op de foto. Zijn toekomst is dan ook hoogst onzeker.
Jusqu'en 1963 le viaduc sur la Vesdre à Goé (Béthane) était régulièrement emprunté par une locomotive vicinale à vapeur à voie normale afin d’acheminer depuis Dolhain (Limbourg) les wagons destinés à l’usine située sur l’autre rive. Après, les rails furent enlevés et le passage goudronné. Mais l’état de l’ouvrage laissant fort à désirer, le passage est condamné depuis des années, et l’accès à l’usine Corman se fait exclusivement par le pont visible à droite.
|
Nimelette
Dit fraaie viaduct met vier bogen over de Eau Noire (14 april 2015) ligt in het gehucht Nimelette (bij Rièzes), in het uiterste zuiden van de provincie Henegouwen. Tot in 1960 tufte hier nu en dan een goederentram voorbij richting Chimay, vooral houttransport uit het omliggende bosgebied, terwijl de weinige reizigers in deze afgelegen streek zich sinds 1954 tevreden moeten stellen met een busdienst, vandaag nog hooguit een paar ritten op weekdagen. De lijn Chimay - Cul-des-Sarts - Couvin lag volledig afgezonderd van de rest van het buurtspoorwegnet en verdween met stukjes en beetjes, in alle discretie, tussen 1953 en 1960, ruim een halve eeuw geleden. Het viaduct van Nimelette is ei zo na het enige kunstwerk op deze voormalige buurtlijn waarvan het tracé, goeddeels op eigen bedding, niet altijd gemakkelijk terug te vinden is.
Jusqu’en 1960 le viaduc sur l’Eau Noire à Nimelette (Rièzes), le seul ouvrage d'art de la ligne, voyait passer de rares convois de bois sur ce qui restait de la ligne vicinale Chimay – Cul-des-Sarts – Couvin, abandonnée par étapes à partir de 1953.
|
Buurtspoor over het grote spoor
Het uitgestrekte secundair spoorwegnet kon moeilijk anders dan de 'grote' spoorweg op tal van plaatsen te kruisen. Aanvankelijk gebeurde dit vooral op gewone overwegen, maar naarmate het net zich verder ontwikkelde ook meer en meer op aparte spoorbeddingen met eigen kunstwerken over (soms ook onder) de hoofdspoorwegen. Naarmate na de jongste wereldoorlog het buurtnet inkromp en geleidelijk helemaal verdween, werden de meeste van die kunstwerken op hun beurt afgebroken. In die mate dat het vandaag zoeken is naar enige restanten ervan. De twee bruggen hierna zijn de enige intacte kunstwerken die we totnogtoe konden vinden. Wel blijven hier en daar nog enkele brughoofden verweesd achter nadat het brugdek verwijderd werd. Sommige ervan krijgen de eerstvolgende tijd een plaats in dit dossier.
Inévitablement, le réseau vicinal croisait le 'grand' chemin de fer en de nombreux endroits. D'abord à même niveau, mais au fur et à mesure que ce réseau secondaire se développait de plus en plus sur des ouvrages propres au vicinal. Aujourd'hui, presque tous ont disparu, à deux exceptions près (voir ci-après), si l'on excepte quelque culée perdue par-ci, par-là, tombant le plus souvent en ruine.
|
Chassart
Ergens op het platteland, te midden van het uitgestrekte akkerland, ligt deze spoorwegbrug al meer dan een halve eeuw weg te kwijnen, duchtig ondermijnd door de niets ontziende bomengroei die stelselmatig zijn tentakels (takken) doorheen de armzalige overblijfselen van dit kunstwerk zit te wringen.
Hierover liep tot in 1953 de buurtspoorlijn van Chastre naar Mellet. Daaronder, in een rechte hoek, spoorlijn 131 (Nivelles-Châtelineau), vlak naast het station Chassart, een van de meest afgelegen stations op het Belgische net - op de Ardennen na.
|
Beide spoorlijnen werden decennia geleden afgedankt en uitgebroken. Zo ook het stationsgebouw (hierboven, op 12 mei 1973). Op het spoorwegtracé na, en dan nog, is deze brug de enige nog zichtbare getuige van het spoorwegverleden op deze desolate plek (hieronder achtereenvolgens op 12 mei 1973 en 28 december 2017).
Met wat een meterspoor lijkt (maar slechts 75 cm breed) is boven op de brug de illusie perfect (12 mei 1973). Naast de rails de stalen rijplaten voor de tractoren.
|
Na stopzetting van de buurtspoorexploitatie werden de brug en de aanpalende spoorbedding verder gebruikt om te dienen als losweg voor de bietenpulp afkomstig van de suikerfabriek van Chassart daar vlakbij. De pulp, aangevoerd met landbouwtractoren, kon dan doorheen enkele openingen in het brugdek rechtstreeks in bakwagens van de spoorweg gelost worden die op het ongebruikte hoofdspoor stonden opgesteld (rechts op de foto hiernaast). Om de doorgang van de tractoren mogelijk te maken en in goede baan te leiden werd een van de overgebleven rails op het brugdek op zo’n 75 cm van de ander gemonteerd. Dat daarboven het meterspoor nog als dusdanig aanwezig zou zijn klopt dus niet.
|
Naast de brug stond jarenlang een opvallend hoge portiek opgesteld (zie hoger). Wij vermoeden dat deze diende om de laadbakken vol pulp te lossen door ze boven de openingen in het brugdek te kantelen. Naar verluidt zou de brug destijds overgekocht zijn door de eigenaar van de suikerfabriek/distilleerderij een eind verderop. Wellicht de reden waarom de brug er nu nog staat, met die rails erbovenop. Al zijn deze nu zo goed als onzichtbaar onder de overvloedige begroeiing!
Quelque part en pleine campagne, loin de tout village, gît ce pont tout en ruines, abandonné depuis plus d'un demi-siècle et de plus en plus envahi par une végétation que rien ne semble vouloir freiner. C'est sur cet ouvrage que la ligne vicinale de Chastre à Mellet passait au-dessus de la ligne SNCB n°131 (Nivelles-Châtelineau), juste à côté de la gare de Chassart. Tout cela a disparu depuis bien d'années déjà, y compris la gare, et cette ruine est le dernier vestige visible du passé ferroviaire en cet endroit bien désolé.
Après l'arrêt de l'exploitation vicinale, le pont fut racheté par la sucrerie de Chassart toute proche et réutilisé pour le déchargement de la pulpe dans des tomberaux du chemin de fer. Afin de faciliter le passage des tracteurs agricoles l'écartement de la portion de voie métrique subsistant sur l'ouvrage fut ramené à 75 cm environ. Nous supposons que la tour montée à l'extrémité du pont servait à culbuter les remorques de pulpe au-dessus des orifices aménagés dans le tablier du pont, au-dessus de la voie de débord passant en contrebas.
|
Deze sierlijke brug is een van de laatste getuigen van het onafgewerkte buurtspoorwegproject van Hasselt naar Beringen, of beter gezegd van Zonhoven naar Koersel, want er was al een rechtstreekse buurtlijn tussen beide centra. Deze nieuwe verbinding, aangelegd in oorlogstijd, liep plusminus parallel met het bestaande Kolenspoor en gelijk langs de mijnen van Beringen, Zolder en Houthalen. Na de oorlog begon men aan de elektrificatie, maar deze raakte niet verder dan Heusden, want in 1955 werd ineens de volledige verbinding opgedoekt.
Deze betonnen brug over de toenmalige spoorlijn 19 (later 18) van Houthalen naar Eindhoven ligt op de 3 km lange aparte trambedding tussen Houthalen-Centrum en de mijn van Zolder. Ruim de helft van dit tracé maakt nu deel uit van het Limburgse fietsnetwerk, al is de trambrug zelf aan één kant volledig dichtgegroeid (13 februari 2018). Misschien wordt dit wel anders wanneer een deel van de 30 jaar geleden ontmantelde spoorlijn ooit terug wordt aangelegd – wat trouwens al geruime tijd voorzien is, maar wanneer dan wel?
Deze betonnen brug over de toenmalige spoorlijn 19 (later 18) van Houthalen naar Eindhoven ligt op de 3 km lange aparte trambedding tussen Houthalen-Centrum en de mijn van Zolder. Ruim de helft van dit tracé maakt nu deel uit van het Limburgse fietsnetwerk, al is de trambrug zelf aan één kant volledig dichtgegroeid (13 februari 2018). Misschien wordt dit wel anders wanneer een deel van de 30 jaar geleden ontmantelde spoorlijn ooit terug wordt aangelegd – wat trouwens al geruime tijd voorzien is, maar wanneer dan wel?
Cet ouvrage fort gracieux, un des derniers témoins du projet éphémère de ligne vicinale entre Zonhoven et Koersel (Beringen), surplombe aujourd'hui la plate-forme de l'ancien chemin de fer n°18 (ex-19) de Hasselt à Eindhoven. Ce projet, lancé en pleine guerre de 1940-45, devait relier les différents charbonnages campinois au réseau vicinal. Bien que situé en plein sur un piste cycliste asphaltée, ce pont est interdit à toute circulation.
|
Vergeten of verdwenen buurtspoorwegsites
Het viaduct van Groot-Loon
Dit is alles wat vandaag overblijft van het massieve viaduct van Groot-Loon, vlakbij Borgloon, op de buurtlijn van Oreye naar Kortessem. Een van de weinige bakstenen buurtspoorwegviaducten – en met zijn drie bogen wellicht het enige van dat type – in het Vlaamse landgedeelte. Al in de jaren 50 was dit kunstwerk een puinhoop en leek o.m. de middelste boog ingestort. Werd het in de oorlog misschien beschadigd? Maar deze buurtlijn ging pas dicht in 1949. Mogelijk werd de site met het viaduct gewoon verkocht. Hoe dan ook, de bakstenen werden daarna een voor een gerecupereerd om er een woning van te bouwen, dwars op de site van het viaduct nog wel. Vandaag staat het huis er, al vele jaren afgewerkt, vlak naast deze desolate ruïne. De foto dateert van 4 maart 2010, maar ruim 6 jaar later is de situatie nog steeds dezelfde, op wat weelderiger begroeiing na.
Voilà tout ce qui reste du viaduc en maçonnerie à trois arches sur la ligne Oreye-Kortessem, fermée en 1949 - un des rares ouvrages vicinaux de ce genre en région Flamande. Les briques ont toutefois été récupérées pour la construction d'une habitation sur le site même de l'ouvrage démoli. |
Nieuwkerke
Deze brug over een lokale landweg ligt op de voormalige buurtspoorlijn van Ieper naar Kemmel en Steenwerck (Frans-Vlaanderen), waar de reizigersdienst van Ieper tot de grens reeds werd opgeheven in 1949. De goederenbediening, verdween twee jaar later. Dit bescheiden kunstwerk ligt op een kort stukje eigen spoorbedding, zo’n 600 meter lang, vlak voor het centrum van Nieuwkerke (gemeente Heuvelland) (18 september 2011). Bij nazicht blijken hier en daar in West-Vlaanderen wel meer van die stukjes eigen baan bestaan te hebben, maar de meeste werden niet lang nadien ingepalmd door wegenuitbreiding en nieuwbouw, of gewoon ingelijfd bij de aanpalende landerijen.
|
Baulers (Nivelles)
|
Brug of tunnel? Deze 15 à 20 meter lange doorgang onder de huidige N27 (toen N6) lag vlak naast de buurtspoorwegstelplaats van NIVELLES, aan de noordrand van de stad, vlakbij Baulers. Tot begin juli 1959 lag hier de buurtlijn naar Braine-l’Alleud, volledig op eigen bedding en door open veld tot Bois-Seigneur-Isaac. Een jaar later werd het spoor opgebroken. De stelplaats, met haar stationsgebouw in perfecte villastijl, bleef tot b egi ndeze eeuw in gebruik als busdepot. Het buurtspoorwegtracé zelf had minder geluk. Niet zo heel lang na deze foto, gemaakt, op 13 april 1965, werd de eigen bedding volledig van de kaart geveegd voor de bouw van een intussen alweer verdwenen autorenbaan en de aanleg van de huidige verbindingsweg vanuit de E19. Deze weg ligt pal op het oude tracé, met een brede doorgang onder de N27 precies op de site van de tunnel. Creusé sous l'actuelle N27, près du dépôt de Nivelles, ce tunnel de 15 à 20 m (13 avril 1965) permettait au vicinal venant de Bois-Seigneur-Isaac d’entrer en ville après un joli parcours en site propre à travers champs, jusqu'en 1959. La ligne fut démontée peu après, mais le dépôt resta en service, jusqu’au début du siècle, comme garage pour autobus. Aujourd'hui c'est une bretelle de l'E19 qui s'est substituée à l'ancien tracé, avec un large passage sous la N27 au même endroit que l'ancien tunnel.
|
Grimde
Even buiten Tienen, voorbij het station Grimde (21 april 1975), liet deze fraaie onderdoorgang de buurtlijn naar St-Truiden toe om onder spoorlijn 22 naar Diest te duiken. Dergelijke onderdoorgangen kwamen hier en daar wel voor, in functie van de plaatselijke topografie, al gaf men doorgaans de voorkeur aan een eigen tracé met brug over het spoor (zie hoger). Vandaag is deze brug afgebroken en zijn beide spoorlijnen nog slechts een herinnering, met inbegrip van het ooit zo .bedrijvige stationsemplacement van Grimde De oude spoorwegbedding is echter nog aanwezig, zij het als gebetonneerd fietspad. Wel heeft een industrieweg het buurtspoorwegtracé volledig van de kaart geveegd.
|
Hambraine
|
Hier in Hambraine, op 1 maart 1972, staat dit waterreservoir uit het stoomtijdperk langs het tracé van de buurtlijn Andenne-Eghezée geduldig weg te roesten. Een halve eeuw geleden was het Haspengouwse buurtnet nog maar kort voordien ontmanteld. Blijkbaar had het afbraakbedrijf dit roestige relict maar minnetjes gevonden. En dus bleef deze nog vele jaren in het landschap achter, tot een of ander gemeentebestuur het welletjes vond. Al vond men het pompgebouwtje dat het water uit de beek in het reservoir moest krijgen nog goed genoeg om het van de sloophamer te vrijwaren en zelfs wat op te knappen. Maar of dit eenzame relict bij het voorbijrazende verkeer nog enige herinnering aan wijlen de buurtspoorweg oproept valt sterk te betwijfelen… Bien longtemps après le démontage de la ligne vicinale Andenne-Eghezée, ce réservoir d’alimentation en eau des locomotives à vapeur continua de défier les outrages du temps. Jusqu'au jour où ce malheureux vestige tombé en ruine succomba sous la pioche des démolisseurs, le petit bâtiment abritant la pompe alimentant la citerne restant toutefois intact. Quelque peu retapé depuis, il perpétue la mémoire du vicinal disparu, |
Buurtspoorwegtracé door het Meerdaalwoud
In de laatste maanden van 2015 werd aan de rand van het Meerdaalwoud, ter hoogte van Valduc, vlakbij Hamme-Mille, werk gemaakt van een nieuwe fietspiste langsheen de Chaussée de Louvain, in Vlaanderen beter gekend als de N25 of Naamsesteenweg. Het merkwaardige is dat deze piste gebruik maakt van de al ruim 60 jaar verlaten bedding van de buurtspoorlijn uit Leuven, en bovendien niet geasfalteerd is, maar gebetonneerd. Even rees de hoop dat ze zou aansluiten op haar reeds bestaande evenknie noordelijk van de gewestgrens daar vlakbij. Maar de brug over de Kromme Dreef is al ruim een halve eeuw afgebroken, en bovendien ligt de begroeide spoorberm daar vlak achter in het andere gewest, waar men blijkbaar niet stond te popelen.
Inmiddels werd de plek van de verdwenen brug gewoon opgevuld en de piste dan toch noordwaarts doorgetrokken. |